Quatrième cours- 26 septembre jusqu'à 30 septembre

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Planning et buts

Aan het eind van dit blokuur....

1. Ben je goed voorbereid op de toets

Planning:

1. Herhaling C'est quoi? + lidwoord (15 minuten)
   
2. Oefeningen lidwoord maken: 16, 17abde (15 minuten)
3. Sleepvragen over phrases clés (10 minuten)
4. Uitleg uitspraak & oefenen hiermee (20 minuten)
5. Tijd voor vragen & leren (20 minuten)
   
6. Afsluiten van de les (10 minuten)
   

Klassenregels

We werken rustig samen in de klas.

We respecteren elkaar. We lachen elkaar niet uit en respecteren elkaars mening en antwoorden.

Tijdens het maken van de opdrachten zijn we rustig bezig en gaan we niet kletsen met klasgenoten.

We doen actief mee met de les, we leggen de telefoons dan ook weg.

We overleggen zachtjes binnen de MC als we een vraag hebben.

We steken onze vinger op als we iets willen zeggen en/of vragen.

We geven het aan onze docente aan wanneer ons iets dwars zit.

We laten elkaar uitpraten.

We eten en drinken niet in het klaslokaal.

We letten op in de les.

Tijdens het werken mag je oortjes in of een koptelefoon op

C'est quoi?

C'est quoi? = wat is dat?

C'est un chien= het is een hond

Le  wordt un

La wordt une

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?

C'est quoi?

Au travail

Exercices 16 et 17abde (p.32-34)

Koppel de antwoorden aan de juiste vragen. 

Phrases-clés C

Bonjour, ça va?

Comment tu t'appelles?

Tu habites où?

C'est quoi?

J'habite à Zwolle

C'est un chien

Ça va bien, et toi?

Je m'appelle Roos

Koppel de antwoorden aan de juiste vragen. 

Phrases-clés G

Tu as quel âge?

Quel est ton numéro de téléphone?

Au revoir

À plus

J'ai 12 ans.

Mon numéro de téléphone, c'est le 06-14 07 18 5

page 46

Let op: À plus--> spreek je wel de s uit

Uitspraak

vend

concert

garçons

j'habite

salut

ans

saucisses

Oefenen...!

Doe dit in twee of drietallen waarbij één iemand vragen stelt en de ander(en) antwoord geeft/geven.

Probeer de juiste Franse uitspraak te gebruiken.

Ga leren/oefenen

Chapitre 0- Vocabulaire A en Vocabulaire C (blz.16 en 17 WB A) 

Chapitre 1- Vocabulaire B, Phrases clés C en Phrases clés G (blz.52 en 54 WB A) 

Jezelf voorstellen

Getallen

Namen:

Vocabulaire A, ch.0

Namen:

Vocabulaire B, ch.1

Namen:

5 mots du cours

Comment tu as trouvé le cours?

😒🙁😐🙂😃