les verbes pronominaux

• Frans
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1,2

dans la vidéo vous avez entendu

 des verbes pronominaux:

(wederkerende werkwoorden

zich wassen, zich vergissen etc)

een wederkerend werkwoord in het Nederlands gaat alsvolgt:

bijvoorbeeld: zich wassen

ik was me

jij wast je

hij/zij /men wast zich

wij wassen ons

jullie wassen je/u wast zich

zij wassen zich

In het Frans gaat het bijna op dezelfde manier. 

Kijk maar:

Is het verschil je opgevallen?

In het Frans staat het wederkerend voornaamwoord

  voor 

het werkwoord

en in het Nederlands 

achter

het werkwoord

je me lave = ik was mij

encore un exemple:

is je iets opgevallen bij het werkwoord

s'appeler?

wat viel op bij het werkwoord s'appeler?

combine les verbes avec les images

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

1=

2=

3=

4=

5=

6=

7=

8=

9=

10=

11=

les bonnes réponses:

1= se lever

2= se laver

3= s'en aller (weggaan)

4= se réveiller

5= se lever

6= s'habiller

7= se mettre à table

8= se brosser les dents

9= s'endormir (in slaap vallen)

10= se doucher

11= se coucher 

complète les exercices, écris dans ton cahier:

X

geef de juiste vorm van het werkwoord:
je (se doucher)

Schrijf de hele zin over

nous (se lever)
Schrijf de hele zin over

elles (s'habiller)

vous (se doucher)

Marianne (se maquiller)

tu (se réveiller)

Paul et Monique (se laver)

AU TRAVAIL

Maak nu je PO 2 af : 

la routine quotidienne.