What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
havo 4 - Chapitre 5 - lidwoorden
Toets bespreken
We gaan samen nog een keer kijken
naar de toetsen uit de toetsweek.
Je mag niet schrijven op de toets!
1 / 35
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
35 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Toets bespreken
We gaan samen nog een keer kijken
naar de toetsen uit de toetsweek.
Je mag niet schrijven op de toets!
Slide 1 - Slide
Toets bekijken
Bekijk jouw toets samen met jouw buurman/buurvrouw.
Wat ging er goed?
Wat ging er niet goed?
Geef elkaar een tip en een top.
Je mag niet schrijven op de toets!
Slide 2 - Slide
Doelen stellen
Periode 4
schrijfvaardigheid
examenvaardigheden
schrijven van informele brieven over familie, vakantie, school, hobby's, sport
vocabulaire chapitre 5
+ examenidioom 10, 11, 12
Slide 3 - Slide
Un premier pas...
Bekijk jouw doel(en) en zet alvast de eerste stap om jouw doel te behalen.
Quizlet
De quizletlijsten voor deze periode vind je hier:
https://quizlet.com/join/dbbtZJY7h
Zinnen
Volgorde van de zin herhalen:
https://www.youtube.com/watch?v=U2lnJeMxG00
Zinnen over sporten en hobby's:
https://quizlet.com/_9xazak?x=1jqt&i=1fpsze
Slide 4 - Slide
Zo ga ik de nieuwe periode in...
Slide 5 - Poll
Comparer
Bekijk de twee inleidingen van de brieven.
Wat is er al goed in deze brieven?
Wat kan er beter?
Log in en ga meteen de uitdaging aan bij '?'.
Slide 6 - Slide
Comparer
Bekijk de twee inleidingen van de brieven.
Wat is er al goed in deze brieven?
Wat kan er beter?
___
__________
________
__
__
__
Slide 7 - Slide
Programme
Les buts
Révision: l'article
Phrases-clés: école et études
Slide 8 - Slide
Les buts
Ik weet hoe ik het lidwoord gebruik in het Frans.
Ik weet hoe ik het in het Frans over school kan hebben.
Slide 9 - Slide
Révision: l'article
Maak aantekeningen volgens de Cornell methode
Slide 10 - Slide
L'article défini
La
personne en face de moi
est un homme.
Je promène
le
chien.
Les
enfants vont à
l'
école.
= DE of HET in het Nederlands
bepaald lidwoord
Slide 11 - Slide
L'article indéfini
J'ai
un
vélo rouge.
Il me donne
une
rose.
Je mange
des
fruits.
=
EEN of
geen vertaling
in het Nederlands
onbepaald lidwoord
Slide 12 - Slide
Lis le texte
Un claquement métallique.
Le facteur vient de glisser le courrier dans la boîte aux lettres.
Peu après, il y a un bruit de porte,
des pas sur le gravier de l’allée.
Enfin, la voix de maman crie dans la maison :
« Samuel ! Une lettre pour toi ! »
Slide 13 - Slide
Qu'est-ce qui se passe ?
Choisis la bonne réponse:
A
Samuel reçoit un cadeau.
B
Le facteur apporte une lettre pour Samuel.
C
Samuel va à l'école.
D
Maman reçoit une lettre.
Slide 14 - Quiz
Hoeveel bepaalde lidwoorden zijn er?
Un claquement métallique.
Le facteur vient de glisser le courrier dans la boîte aux lettres.
Peu après, il y a un bruit de porte,
des pas sur le gravier de l’allée.
Enfin, la voix de maman crie dans la maison :
« Samuel ! Une lettre pour toi ! »
Slide 15 - Slide
En hoeveel onbepaalde lidwoorden?
Un claquement métallique.
Le facteur vient de glisser le courrier dans la boîte aux lettres.
Peu après, il y a un bruit de porte,
des pas sur le gravier de l’allée.
Enfin, la voix de maman crie dans la maison :
« Samuel ! Une lettre pour toi ! »
Slide 16 - Slide
un, une of des? Sleep het juiste lidwoord
famille
élèves
ordinateur
chiens
armoire
des
une
un
une
des
Slide 17 - Drag question
Masculin ou féminin ?
Je
kan niet altijd weten of een woord mannelijk of vrouwelijk is!
MANNELIJK
VROUWELIJK
MEERVOUD
mannelijke
woorden
eindigen op:
-ment, -al, -eur, -on
:
un règle
ment,
un journ
al,
un vend
eur,
un ball
on
vrouwelijke
woorden eindigen op:
- té, -sion, -euse, -e
la beau
té,
la déci
sion,
la vend
euse,
la pomm
e
Een woord dat op
-x of -s
eindigt staat vaak in het
meervoud
:
les jeu
x,
les yeu
x,
des enfant
s,
des fruit
s
Slide 18 - Slide
un, une, des: dit zijn .... lidwoorden
Slide 19 - Open question
L'article contracté
Bij de voorzetsels
'à'
en
'de'
:
à + le = au
de + le = du
à + la = à la
de + la = de la
à + les = aux
de + les= des
Slide 20 - Slide
(1/6) Vous téléphonez ________________
père de Thierry?
A
au
B
à l'
C
à la
D
aux
Slide 21 - Quiz
(2/6) Le professeur va parler ___________________ élèves.
A
au
B
à l'
C
à la
D
aux
Slide 22 - Quiz
(3/6) Donne le ballon _______________ copine de Stéphane.
A
au
B
à l'
C
à la
D
aux
Slide 23 - Quiz
(4/6) C’est un cadeau ______________ amis de l’école.
A
du
B
de l'
C
de la
D
des
Slide 24 - Quiz
(5/6) Philippe habite près ____________ gare.
A
du
B
de l'
C
de la
D
des
Slide 25 - Quiz
(6/6) Hassan revient ____________ école.
A
du
B
de l'
C
de la
D
des
Slide 26 - Quiz
L'article partitif
Je weet
NIET
hoeveel:
Je mange
du
pain (Ik eet brood)
J'achète
de la
nourriture (Ik koop eten)
Je bois
de l'
eau (Ik drink water)
WE VERTALEN DIT NIET IN HET NEDERLANDS!!
masculin
féminin
voyelle
singulier
du
de la
de l'
pluriel
des
des
des
delend lidwoord
Slide 27 - Slide
L'article partitif
Je weet
WEL
hoeveel:
Il boit
assez
d'eau
(Hij drinkt
genoeg
water)
J'achète
beaucoup
de
fruits (Ik koop
veel
eten)
Je mange
un peu
de
salade (Ik eet een
beetje
sla)
masculin/ féminin/
pluriel
voyelle
singulier
de
d'
pluriel
de
d'
delend lidwoord
Slide 28 - Slide
L'article partitif
Na een
NEGATIE
:
DE!!
Je
ne
mange
pas
de
viande
(Ik eet geen vlees
)
Je
ne
mange
plus
de
fruits (Ik eet geen fruit meer)
delend lidwoord
Slide 29 - Slide
Combineer: kies het juiste lidwoord
Mon frère veut
un verre
..... coca.
Je voudrais ... tomates.
Tu manges
peu
.... pain.
Pour moi .... limonade s'il vous plaît.
Je bois
une bouteille
..... eau.
Nous mangeons .... chocolat.
de la
du
de
des
de
d'
Slide 30 - Drag question
Heb ik het begrepen?
A
Ja, ik vond het gemakkelijk en ik heb alles begrepen!
B
Ik heb het meeste begrepen, maar niet alles.
C
Help! Ik begrijp er niets van!
Slide 31 - Quiz
Phrases-clés : école et études
Pas de phrases-clés gelijk aan naar jezelf.
Ik vertrek om …, omdat de lessen om 8 uur beginnen.
Je pars à …, parce que les cours commencent à huit heures.
Ik zit in de voorexamenlas.
Je suis en première.
Mijn lievelingsvak is …, maar ik heb een hekel aan …
Ma matière préférée, c’est …, mais je déteste …
Ik vind dat stom / interessant.
Je trouve ça bête / intéressant.
Eerlijk gezegd, houd ik niet van …
À vrai dire, je n’aime pas …
Slide 32 - Slide
Phrases-clés : école et études
Pas de phrases-clés gelijk aan naar jezelf.
Ik hou vooral van …
J’aime surtout …
Ik moet toegeven dat ik liever … heb dan …
Je dois avouer que je préfère … à …
Ik heb goede cijfers voor …, omdat …
J’ai de bonnes notes en …, car …
Ik wil … studeren, omdat …
Je veux faire des études de …, parce que …
Ik wil graag … worden, omdat …
Je voudrais devenir …, parce que …
Slide 33 - Slide
Écrire
- Vertel hoe laat je naar school gaat en hoe laat de lessen beginnen.
- Vertel in welke klas jij zit.
- Vertel wat jouw lievelingsvak is en waarom.
- Vertel wat jij graag wilt gaan studeren en waarom.
- Vertel wat jij wilt worden en waarom.
Slide 34 - Slide
Contrôler
Ruil jouw zinnen met de zinnen van degene die naast jou zit. Beoordeel elkaars zinnen.
Geef elkaar smileys 😊 😐 😞 per zin als beoordeling.
1) hoe laat je naar school gaat & de les begint
2) in welke klas jij zit
3) lievelingsvak & waarom
4) wat studeren & waarom
5) wat jij wilt worden en waarom
Slide 35 - Slide
More lessons like this
Les articles
June 2024
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1-4
Les articles
June 2020
- Lesson with
32 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1-4
havo 4 - Chapitre 5 - mening geven - lidwoorden
August 2024
- Lesson with
31 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
havo 4 - Chapitre 5 - lidwoorden
April 2024
- Lesson with
30 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Les articles
September 2022
- Lesson with
48 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1-4
Het lidwoord les 2 - unité 1 -
September 2024
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Het lidwoord les 2 - unité 1 -
November 2022
- Lesson with
25 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
het lidwoord
October 2024
- Lesson with
27 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo
Leerjaar 1