Blok 2 Hoe wonen mensen?

Thema 5 Steden en dorpen
Blok 2 Hoe wonen mensen?
1 / 50
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Thema 5 Steden en dorpen
Blok 2 Hoe wonen mensen?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waarin verschilt een stad ten opzichte van een dorp? Leg uit.

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Wat was ook al weer de primaire sector van werk?
A
Werken in landbouw en tuinbouw
B
Werken in de dienstverlening
C
Werken in de fabriek
D
Werken als eigen baas

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Leg uit wat we bedoelen met een agglomeratie (of geef een voorbeeld ervan).

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Wat is bevolkingsdichtheid?
A
Het aantal mensen op het platteland in cm2
B
Gemiddelde inwoners van een stad.
C
Het gemiddeld aantal mensen per km2
D
Of mensen in flats wonen.

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Stelling: De bevolkingsdichtheid op het platteland is hoger dan in de stad.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wat kun je in een stadscentrum tegen komen?
A
Cafés
B
Middeleeuwse stadspoort
C
Hotels
D
Station

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Welk beroep is geen ambacht?
A
Bakker
B
Taxichauffeur
C
Timmerman
D
Smid

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

In de Middeleeuwen wilden marktkooplui verkopen. Hoe heet dat?
A
Aanbod
B
Handel
C
Vraag
D
Winst maken

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat deden geldwisselaars in de Middeleeuwen?
A
Leenden geld uit tegen betaling (rente).
B
Controleren of de prijs klopt van producten.
C
Rekenden af voor de marktkoopman.
D
Wisselden vreemd geld om tegen geld van de stad.

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Noem twee voordelen van verhuizen naar de stad.

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Met wie doe jij de PO Middeleeuwse stad?
(Drie groepjes van 4 en twee groepjes van 5)!

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Les 1
• voorbeelden noemen van Hanzesteden.
• drie voordelen voor steden noemen om lid te zijn van de Hanze.
• uitleggen welke taak de gilden in de stad hadden.
• uitleggen dat je werk vroeger vaak bepaalde hoe je huis eruitzag.
• uitleggen waarom de stadsbewoners stadsrechten wilden.



Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Samen sta je sterk
  • Het Hanzeverbond. 
  • Een verbond van bijna 200 Noord-Europese steden aan het water die samenwerkten om beter handel te kunnen drijven.
  • In Nederland, 13 Hanzesteden.
  • Steden waren klein. In de stad woonden vooral veel ambachtslieden.
  1. Timmerman
  2. Bakkers
  3. Schoenmakers
Gilde: Vereniging in de Middeleeuwen van mensen met hetzelfde beroep.
  • Je leerde het beroep van een ervaren persoon uit de gilde. 
      Er was geen school.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

De Hanze
Voordelen Hanze:
  1. Samen op reis = veiliger.
  2. Samen afspraken maken. Bijv. minder belasting betalen aan de heer.
  3. Handelaren gebruikte dezelfde munten, maten en gewichten.
  4. Het alleenrecht. Hanzesteden 
      mochten alleen in bepaalde 
      producten handelen.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

We lezen samen !



Handen uit de mouwen         
                      Bladzijde 30 in leerwerkboek 5

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Gilde
Mensen met hetzelfde ambacht werden lid van een vereniging = Gilde.
Functies van een gilde:
- Leden hielpen elkaar bij ziekte
- Als iemand doodging, zorgden zij voor het gezin
- Zij controleerden de kwaliteit van de producten
- Zij bepaalden de prijs van het product.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Ook zorgde het gilde dat het ambacht werd doorgegeven aan een nieuwe generatie.
  • Leerling in de leer bij meester.
  • Leren van het ambacht;   basisvaardigheden = gezel.
  • Examen afleggen: meesterproef.
Meesterproef

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Video

This item has no instructions

Stadslucht maakt vrij!


  • Steden worden groter en rijker
  • Steden moesten gehoorzamen aan de heer (bisschop of graaf)
  • Inwoners willen zelf baas zijn!
  • Opstellen van regels en wetten: stadsrechten

Dit werd gedaan tussen de heer (adel) en de stad.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Video

Filmpje = 2 minuutjes
Stadsrechten
  • Regels eigen bestuur stad
  • Stadsmuur bouwen
  • Markten organiseren
  • Tolheffingen
  • Belasting betalen
  • Bijstand bij oorlog

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Steeds meer mensen!
  • Werk
  • Meer vrijheden
  • Meer rechten
  • Burgerrechten = 1 jaar in de stad wonen; vrijheid + 
eigen beroep kiezen.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Nu centrale overheid
Geen stadrechten meer!
  • Land bestuurt vanuit politieke hoofdstad 
Den Haag.
  • Wetten en voorzieningen voor iedereen.
Bijv. Belasting, onderwijs, politie, wegen, regels, etc.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

  Huiswerk bij deze les:
M: Thema blok 2 Hoe wonen mensen?
leerwerkboek blz. 26 t/m 33
m. online opdr. 1, 2, 4, 5, 7, 8, 9, 10, 11, 12

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Les 2
• uitleggen dat je werk vroeger vaak bepaalde hoe je huis eruitzag (en wat er veranderd is).
• uitleggen dat kenmerken van bewoners en een wijk met elkaar te maken hebben.
• uitleggen hoe woonwijken in een achterstandswijk kunnen veranderen.
• voorbeelden noemen hoe buurten en wijken kunnen verbeteren.


 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel miljard km per jaar reizen wij Nederlanders met zijn allen denken jullie?

Slide 30 - Mind map

Inwoners van Nederland van 6 jaar of ouder legden in coronajaar 2020 binnen Nederland gezamenlijk 152 miljard reizigerskilometers af. Daarvan werd 12,5 miljard kilometer gereisd met het openbaar vervoer. 
In 2019 reisden inwoners 30,6 miljard kilometer met het openbaar vervoer (van het totaal van bijna 219 miljard reizigerskilometers in 2019). 

Slide 31 - Video

This item has no instructions

Welke route leg jij af?

Open google maps op je laptop. 
Ga naar routeplanner van de ANWB. 
Typ jouw thuisadres in en dat van de school(Eikenbussel 1 Oirschot).
Kies voor de fiets en kies een fietsroute optie.
Kies vertrektijd zo laat als je vanmorgen vertrokken bent.
Hoeveel tijd zegt de beschrijving dat je erover zou doen?
Klopt dat ongeveer?
Hoe wordt jouw fietsroute beschreven?
Ben je zo ook gefietst?


timer
5:00

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Dicht bij je werk
-Vroeger ging je wonen in de stad/dorp waar je werkte.
Sommigen woonden in hun eigen bedrijf of erboven.
-Nu: mensen reizen van hun woonplaats
naar hun werk = forens.
Wonen niet bij hun werk, vaak ergens anders in woonwijken.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Video

This item has no instructions

We lezen samen !



                       Hier en toen
                       Honger en ellende          
                       Bladzijde 36 in leerwerkboek 5

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

We lezen samen !



                       Daar en nu
                       Liever in een zelfbouwwijk          
                       Bladzijde 36 in leerwerkboek 5

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Wijken en buurten
  • Steden groeien de laatste 100 jaar
  • Wijken bijbouwen (wijk is deel van een stad of dorp waar mensen wonen)
  • Huizen vaak in rijtjes gebouwd. Soms ook vrijstaand.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Video

This item has no instructions

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Oude wijken
  • Slecht geïsoleerd of onderhouden.
  • -Armoede zichtbaar
  • -weinig winkels
  • -hoge werkloosheid
  • -hogere misdaadcijfers
= Achterstandswijken.
-->Verpauperen

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Verpaupering van wijken
Vanaf 1970 verpauperden steden steeds verder:
  • Jonge en rijke mensen vertrokken. 
  •  Arme en oude mensen bleven achter.
  • Huizen en voorzieningen werd niet meer goed onderhouden: 
  • verpaupering.
  • De leefbaarheid van steden ging verder achteruit

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Verpaupering tegen gaan
Om verpaupering en waardedaling van huizen tegen te gaan willen steden met de tijd mee en vernieuwen. 
= stedelijke vernieuwing.
  • Slopen oude wijken en dan weer nieuw bouwen. 
Betere isolatie, dubbel glas, etc.
  • Aanleg van parken, buurthuizen, winkels en 
scholen.

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

  Huiswerk bij dit blok
M: Steden en dorpen 
blok 2  Hoe wonen mensen?
leerwerkboek blz. 26 t/m 41
m. online opdr. 1, 2, 4, 5, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 15, 17, 18, 19, 21, 22

Slide 50 - Slide

This item has no instructions