werkwoordstijden 2V

Werkwoordstijden
In welke tijd staat de zin?
Kies de juiste letter.
(15 oefenzinnen)
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Werkwoordstijden
In welke tijd staat de zin?
Kies de juiste letter.
(15 oefenzinnen)

Slide 1 - Slide

Wij zijn in de vakantie naar Londen geweest.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 2 - Quiz

Ik haalde een mooi cijfer voor de laatste toets.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 3 - Quiz

Ik heb vorige week de fiets van mijn zus gerepareerd.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 4 - Quiz

Kun je mijn gsm even aangeven?
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 5 - Quiz

Onze buren hebben een prachtige tuin.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 6 - Quiz

Mijn moeder had alle borden al lang afgewassen.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 7 - Quiz

We worden bij de gymlessen wel echt uitgedaagd.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 8 - Quiz

Hij rekende niet op een onvoldoende.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 9 - Quiz

Waar keek jij net naar?
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 10 - Quiz

We waren toen met zijn allen naar het strand gegaan.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 11 - Quiz

Hij poetste vroeger echt elke dag zijn auto.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 12 - Quiz

Drink jij graag koffie?
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 13 - Quiz

Hij werd streng toegesproken door zijn ouders.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 14 - Quiz

Je hebt hem ons geheim toch niet verteld, hè?
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 15 - Quiz

Begrijpen jullie de verschillende werkwoordstijden al een beetje?
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 16 - Quiz