Als eerste moet de speler een kaart uit de hand wegdoen. Hij kan dit door een kaart
1) bij zichzelf open op tafel te leggen (de inhoud van de kaart heeft dan
betrekking op de eigen nederzetting)
2) bij een andere speler open op tafel te leggen (de inhoud van de kaart heeft
dan betrekking op de nederzetting van deze betreffende speler)
3) als een speler geen kaarten uit kan leggen (omdat het uitspelen van de kaarten
een voorwaarde hebben waar nog niet aan voldaan is), dan en alleen dan mag
de speler één van de kaarten gesloten wegleggen op een aflegstapel.