2. Voedselrelaties

Voedselrelaties
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Voedselrelaties

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
1. Je kunt de voedselrelaties van organismen aangeven.
2. Je kunt uitleggen wat producenten, consumenten en reducenten zijn.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Producent
- Producent = een plant
- Produceert (maakt) eigen voedsel
- Niet afhankelijk van andere organismen
- Fotosynthese is de manier van voedsel produceren.

Slide 4 - Slide

Consumenten
- Andere organismen nodig om van te leven
- 2e schakel van een voedselketen is altijd een planteneter
- 3e schakel en verder zijn of vleeseters of alleseters
- Kunnen dus niet zelf eten maken.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Voedselketen:
Begint met een Producent -> Plant

Daarna komen consumenten

Voedsel ketens beginnen ALTIJD met een plant.
Tussen de voedselketens staan altijd een pijltje.

plant -> planteneter -> vleeseter/alleseter

Slide 8 - Slide

Voedselketen vervolg
Daarna komen afvaleters:
- zij eten dode organismen of delen er van.

Daarna komen reducenten
- zij breken organische stoffen uit dode planten en dieren af tot anorganische stoffen -> meststoffen voor de plant



Slide 9 - Slide

Voedselketen

Slide 10 - Slide

meerdere voedselketens vormen een voedselweb

Slide 11 - Slide

Zoek een voedselketen met minimaal 4 schakels

Slide 12 - Slide

Wat ga je doen?
Maak opdracht 7 t/m 13

Klaar? Verwerk deze basisstof ook in je mindmap. Denk weer aan kleur, plaatjes en woorden

Slide 13 - Slide

Wie is de producent
A
Pissebed
B
Kat
C
Kastanjeboom
D
Egel

Slide 14 - Quiz

Wat is de functie van de producenten?
A
Maken natuurlijk afval kleiner
B
Eten resten van consumenten
C
Produceren energierijke stoffen
D
Doen alleen aan verbranding

Slide 15 - Quiz

Je ziet hier een voedselketen.
Is deze voedselketen juist weergegeven?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quiz

In de voedselketen is aangegeven wie door wie opgegeten wordt. Wie staat er aan het eind van de voedselketen?
A
algen
B
kikker
C
vis
D
reiger

Slide 17 - Quiz

Een voedselketen begint altijd met:
A
een consument
B
een producent
C
een reducent
D
het is een rondje

Slide 18 - Quiz

Wie is of zijn hier de
consument(en)
A
radijs
B
radijs en konijn
C
konijn
D
konijn en uil

Slide 19 - Quiz