Blok 2 spelling

Blok 2 Grammatica
  • Pak je spullen.
  • Telefoon in telefoontas.
  • Log in bij Lesson up
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare school

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Blok 2 Grammatica
  • Pak je spullen.
  • Telefoon in telefoontas.
  • Log in bij Lesson up

Slide 1 - Slide

Terugblik
Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 2 - Slide

Wat is de stam van
rennen?

Slide 3 - Open question

Wat is de stam van
lopen?

Slide 4 - Open question

Schrijf de stam en de ik-vorm op van
zwaaien

Slide 5 - Open question

Schrijf de stam en de ik - vorm op van
blaffen

Slide 6 - Open question

Bij welk werkwoord is de ik - vorm gelijk aan de stam?
A
grommen
B
rochelen
C
niezen
D
bellen

Slide 7 - Quiz

Bij welk werkwoord is de stam niet gelijk aan de ik - vorm?
A
paaien
B
flonkeren
C
geeuwen
D
zeven

Slide 8 - Quiz

Doel van de les
Aan het eind weet je hoe je
  • klankvaste werkwoorden in de verleden tijd spelt;
  • de regel van 't kofschip gebruikt.

Slide 9 - Slide

Klankvaste werkwoorden in de vt
ik - vorm + te(n) 
of
ik - vorm + de(n)
Voorbeeld: Ik ren - Ik rende

Slide 10 - Slide

't kofschip
1. Neem de stam van het werkwoord
2. Kijk naar de laatste letter van de stam
3. Is dat een medeklinker uit 't kofschip of een x?
Dan ik - vorm + te(n)
Is het geen letter uit 't kofschip of x?
Dan ik - vorm + de(n)

Slide 11 - Slide

Voorbeeld: vegen
Stap 1: De stam: veg
Stap 2: Laatste letter van de stam is g
Stap 3: Niet in 't kofschip en geen x 
dus ik-vorm +de(n): ik veegde - wij veegden

Slide 12 - Slide

blussen
Stap 1: bluss
Stap 2: s
Stap 3: Letter wel in 't kofschip, dus
ik bluste - wij blusten

Slide 13 - Slide

Wat is de persoonsvorm in de verleden tijd?
Mijn moeder ... (schaven) de kaas.

Slide 14 - Open question

De ouderen ... (leven) nog 10 jaar op de boerderij.

Slide 15 - Open question

De deelnemers ... (wachten) op de bus.

Slide 16 - Open question

Erin ... (hoesten) teveel in de klas.

Slide 17 - Open question

... (poetsen) jij de kast gisteren?

Slide 18 - Open question

Zelf aan het werk!
Maak opdracht 2, 4, 5 en 6
Klaar?
Maak opdracht 7

Slide 19 - Slide