Unité 1, 2,3 - havo/vwo 1 - civilisation

1 / 43
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video


Unité 1 : Bonjour !



In stilte lezen page 12 +13








timer
3:00

Slide 4 - Slide

Hoeveel mensen spreken Frans over de hele wereld?
A
minder dan 100 miljoen
B
meer dan 350 miljoen
C
minder dan 200 miljoen
D
meer dan 200 miljoen

Slide 5 - Quiz

Wat is geen monument uit Parijs?
A
La Tour Eiffel
B
L'arc de Triomphe
C
La Canebière
D
La pyramide du Louvre

Slide 6 - Quiz

Welke vlag is van Frankrijk?
A
B
C
D
Deze is niet afgebeeld.

Slide 7 - Quiz

Welke dier is het symbool van Frankrijk?
A
B
C
D

Slide 8 - Quiz

welke sport wordt beoefent tijdens de "Tour de France"?
A
B
C
D

Slide 9 - Quiz

timer
1:00
Welke landen ken je waar
Frans wordt gesproken

Slide 10 - Mind map

timer
1:00
Welke beroemde Franse merken,
producten of
gerechten kun je noemen?

Slide 11 - Mind map

Hoe noemen ze in Frankrijk
'zwarte zaterdag'?
A
mercredi noir
B
dimanche noir
C
vendredi noir
D
samedi noir

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Video

Wat weet je nu over Parijs?

Slide 14 - Mind map

Slide 15 - Video


Unité 2 : Moi et les autres



In stilte lezen page 46 + 47








timer
3:00

Slide 16 - Slide

De Franse ouders zijn vaak strenger dan de Nederlandse ouders.
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 17 - Quiz

De Franse kinderen mogen de tafel verlaten waneer zij klaar zijn.
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 18 - Quiz

De verjaardag van een Frans kind is een heel groot feest.
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 19 - Quiz

Familiefeesten zijn erg belangrijk in Frankrijk.
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 20 - Quiz

Wanneer er in Frankrijk een bébé (baby) wordt geboren, trakteren de ouders met snoepjes
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide

De Franse vinden het fijn als de gordijnen open zijn.
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 23 - Quiz

Aan de telefoon neemt een Fransman op met zijn naam.
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 24 - Quiz

Als je afspreekt bij een Franse familie wordt er verwacht dat je bij hun komt eten.
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 25 - Quiz

De lunch is de belangrijkste maaltijd van de dag.
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 26 - Quiz

Op zondag wordt er niet geluncht in Frankrijk.
A
Vrai (waar)
B
Faux (niet waar)

Slide 27 - Quiz

Wat betekent "âllo" in het Nederlands?

Slide 28 - Open question

Wat betekent "Bon anniversaire" in het Nederlands?

Slide 29 - Open question

Wat betekent "bébé" in het Nederlands?

Slide 30 - Open question

Wat betekent "papi et mamie" in het Nederlands?

Slide 31 - Open question

Slide 32 - Video


Unité 3 : Après les cours



Lire: page 78 + 79

En silence!









timer
3:00

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Slide

Hoe oud ben je als je in Frankrijk naar de middelbare school gaat?
A
10 jaar
B
11 jaar
C
12 jaar
D
13 jaar

Slide 36 - Quiz

l'école maternelle
l'école primaire/élémentaire
le collège
le lycée

Slide 37 - Drag question

Hoe heet het eindexamen in het Frans?
A
redoubler
B
élèves
C
le lycée
D
le bac

Slide 38 - Quiz

Wat zijn 'élèves'?
A
begin van het nieuwe schooljaar
B
docenten
C
leerlingen
D
cijfers

Slide 39 - Quiz


Wat zou het cijfer in Nederland zijn?
A
6
B
7
C
8
D
10

Slide 40 - Quiz

timer
1:00
Welke verschillen kunnen jullie noemen tussen het NL en FR schoolsysteem?

Slide 41 - Mind map

à faire.....
Dus goed doornemen :
Page 12-13 U1
Page 46-47 U2
Page 78-79 U3

Slide 42 - Slide

C'est la fin
Au revoir!
Salut!   A plus!  A+  Ciao!
Bonne journée!! 

Slide 43 - Slide