ch 1 cours 6 qui suis-je? 08 10

Programme du 8 octobre

Bloc F
Bloc I
Bloc H

 verbes er,ir, re
verbes probominaux





1 / 23
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Programme du 8 octobre

Bloc F
Bloc I
Bloc H

 verbes er,ir, re
verbes probominaux





Slide 1 - Slide

BONJOUR V3B
BIENVENUE

Slide 2 - Slide

bloc F
Je me vante trop!
page 13

Slide 3 - Slide

devoirs pour vendredi 8 octobre
- apprendre/répéter voc E
- apprendre/répéter voc F
- apprendre bloc I

Slide 4 - Slide

E + F

Slide 5 - Slide

il/elle est comment? 6x

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Grammaire bloc I
regelmatige w.w. op -er,-ir,-re

wederkerende werkwoorden

Slide 8 - Slide

Hoe moest je een regelmatig ww ook alweer vervoegen?
  1. Je haalt van het hele ww -er/-ir/-re af, dat is de stam.
  2. Plaatst dan de uitgangen achter de stam.


In de volgende slides leer je meer over de uitgangen.

Slide 9 - Slide

Werkwoorden op ER
Donner (geven)
Parler (praten)
Je
donne
parle
Tu 
donnes
parles
Il/elle/on
donne
parle
Nous 
donnons
parlons
Vous
donnez
parlez
Ils/elles
donnent
parlent

Slide 10 - Slide

Werkwoorden op IR
Choisir (kiezen)
Remplir (invullen)
Je
choisis
remplis
Tu
choisis
remplis
Il/elle/on
choisit
remplit
Nous
choisissons
remplissons
Vous
choisissez
remplissez
Ils/elles
choisissent
remplissent

Slide 11 - Slide

Werkwoorden op RE
Répondre (antwoorden)
Entendre (horen/luisteren)
Je
réponds
entends
Tu
réponds
entends
Il/elle/on
répond
entend
Nous
répondons
entendons
Vous
répondez
entendez
Ils/elles
répondent
entendent

Slide 12 - Slide

verbes prominaux - wederkerend werkwoord
ik was me
Hij scheert zich
We kleden ons aan
Ze zien elkaar

Slide 13 - Slide

- zich wassen
- zich douchen
- zich opmaken
- zich aankleden
- elkaar zien
- zich haasten
- zich voorstellen
- zich amuseren
- zich voorbereiden
- elkaar ontmoeten


- se laver
- se doucher
- se maquiller
- s'habiller
- se voir
- se dépecher
- se présenter
-  s'amuser
- se préparer
 - se rencontrer

Slide 14 - Slide

maar ook: let op verschil
Frans: wederkerend
Nederlands: niet!

- se réveiller
- se lever
- se brosser les dents
- se coucher
- s'appeler




- wakker worden
- opstaan
- tandenpoetsen
- naar bed gaan
- heten

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Wederkerende ww
wederk ww (se laver)

je me lave
tu te laves
il se lave
nous nous lavons
vous vous lavez
ils se lavent
gewoon ww (laver)

je lave
tu laves
il lave
nous lavons
vous lavez
ils lavent

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Au travail
31 B ( page 134/135) tekstboek
32 A,B,C

bloc H : 27, 28,29, 30 A

Slide 19 - Slide

devoirs pour jeudi 14 octobre
- apprendre/répéter bloc I
- apprendre vocabulaire H
faire ex.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide