Les 4 Talent Hoofdstuk 2 - deel 2, CONA

2425 4H Periode 2 les 4
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

2425 4H Periode 2 les 4

Slide 1 - Slide

timer
10:00

Slide 2 - Slide

Programma:

  • Lezen.
  • Uitleg over: functies van tekstgedeelten, soorten argumenten, argumentatieschema's
  • Nakijken: H2 opdracht 2, 3 en 4
  • Start met H2 §4 Eindopdracht, stap 1 & 2


Slide 3 - Slide

Vakboek H5.10 Functies van tekstgedeelten
Een alinea of een reeks samenhangende alinea's heeft binnen een tekst een bepaalde functie. Als je de verschillende functies herkent, begrijp je hoe de tekst is opgebouwd.


Slide 4 - Slide

5.10 Functies van tekstgedeelten, Vakboek p. 84-85
INLEIDING: Een tekst kan beginnen met een anekdote in de inleiding om je aandacht te trekken, voordat het eigenlijke onderwerp de (vraag)stelling aan de orde komt.
KERN: In de kern wordt het onderwerp uitgewerkt. Er staan verklaringen, oplossingen of argumenten.
SLOT: De tekst sluit af met een conclusie, samenvatting of afweging.


Al deze gele begrippen (functiewoorden) geven de functies van tekstgedeelten aan.
De meest voorkomende 14 functiewoorden, er staan er wel 48 op p. 84-85 van je Vakboek, worden in het volgende filmpje van Arnoud Kuijpers toegelicht.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Functiewoorden

Slide 7 - Slide

Vakboek H10 Argumenteren
Standpunt: mening, visie, bewering
Argumenten: redenen die het standpunt ondersteunen
Tegenargument: argument dat het standpunt tegenspreekt
Argumentatie: het standpunt en het geheel van argumenten


p.124-129

Slide 8 - Slide

Soorten argumenten & argumentatieschema's 

Slide 9 - Slide

Soorten argumenten
  • Feiten 
  • onderzoek (wetenschap)
  • ervaring 
  • gevoel of emotie 
  • geloof (persoonlijke overtuiging) 
  • normen en waarden (algemeen)
  • vermoeden (ik denk dat..)
Tekst

Slide 10 - Slide

Argumentatieschema
Let op!
Argumentatieschema: je benoemt inhoudelijk hoe het argument bij het bij een standpunt hoort
Argumentatiestructuur: laat zien of en hoe ondersteunende argumenten bij elkaar horen. 

Slide 11 - Slide





Voorbeeld argumentatiestructuur

Slide 12 - Slide

Aan de slag!
  • Tekst 5, opdracht 2, 3 en 4 (p.37): nakijken, zie Classroom

  • H2, eindopdracht (p.42). Stap 1 - A) tweetallen/drietallen: iedere leerling bezoekt een andere nieuwssite. B) Bespreek met elkaar waaraan een nieuwssite moet voldoen. C) Klassikale eisenlijst 

Slide 13 - Slide

C) Aan welke eisen moet een nieuwssite voldoen?

Slide 14 - Open question

Huiswerk
- Lees in je leesboek! Maak leeskilometers.

Slide 15 - Slide