naamvallen en werkwoorden

naamvallen en werkwoorden
nominativus en accusativus
3e p ev en 3e p mv
1 / 9
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvmbo lwoo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 9 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

naamvallen en werkwoorden
nominativus en accusativus
3e p ev en 3e p mv

Slide 1 - Slide

Puella ...... timet
A
deus
B
dei
C
deum
D
dea

Slide 2 - Quiz

vertaal
Marcus templa videt
A
Marcus ziet een tempel
B
Marcus ziet de tempel
C
Marcus ziet tempels
D
Marcus ziet de tempels

Slide 3 - Quiz

In welke Latijnse zin staat een bepaling?
A
Pluto terram explorat
B
Pluto Tartarum intrat
C
Pluto in insulam venit
D
Proserpina per insulam errat

Slide 4 - Quiz

kies de juiste combinatie
A
deae intrant
B
deus veniunt
C
dei audit
D
dea videt

Slide 5 - Quiz

Wat is de functie van de nominativus?
A
bepaling
B
onderwerp
C
lijdend voorwerp
D
naamwoordelijk deel van het gezegde

Slide 6 - Quiz

wat is de functie van de accusativus?
A
onderwerp
B
meewerkend voorwerp
C
bepaling
D
lijdend voorwerp

Slide 7 - Quiz

welke vorm is juist
A
ducet
B
audiunt
C
vocat
D
fugent

Slide 8 - Quiz

Welk woord is een meervoudvorm
A
templa
B
insula
C
dei
D
deas

Slide 9 - Quiz