Bijvoeglijk naamwoord:1. zijn woorden die iets zeggen over een zelfstandig naamwoord.
2. kunnen voor of achter een zelfstandig naamwoord staan.
Voorzetsels:
1. zijn korte woorden die plaats, tijd of verband aangeven.
2. staan vaak voor een groepje woorden.
3. noemen we ook wel kooi- of vakantiewoorden.