De cel: organisatieniveaus, cellen observeren, soorten cellen
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NatuurwetenschappenSecundair onderwijs
This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Module 01: De cel
De cel: organisatieniveaus, cellen observeren, soorten cellen
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
de verschillende organisatieniveaus in organismen beschrijven
lichtmicroscopische en elektronenmicroscopische opnames van de cel herkennen
de verschillen tussen prokaryote en eukaryote cellen kunnen geven
het verband leggen tussen structuur en functie van celorganellen en biologische membranen
Slide 2 - Slide
Welke soorten cellen ken je?
Slide 3 - Mind map
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Wat is een weefsel?
Cellen in relatie tot andere organisatieniveaus
Slide 8 - Open question
De huid is een ...
Cellen in relatie tot andere organisatieniveaus
A
weefsel
B
orgaan
C
stelsel
Slide 9 - Quiz
de huid: opgebouwd uit weefsels
Slide 10 - Slide
Welke volgorde is correct?
Cellen in relatie tot andere organisatieniveaus
A
celorganel < cel < orgaan < weefsel
B
atoom < cel < celorganel < weefsel
C
cel < weefsel < organisme < stelsel
D
molecule < celorganel < cel < weefsel
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
p. 12-16: niet kennen
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Bekijk aandachtig volgende videofragmenten. Beantwoord nadien de vragen.
Lees telkens de tekst in je handboek p.20-25 + p.26-33
Niet te kennen p.30 + p.34
Neem notities
Subcellulaire structuren bij eukaryoten
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Slide 18 - Video
Hoe noemt men de DNA-draden in niet-delende cellen?
Subcellulaire structuren bij eukaryoten
A
chromosomen
B
chromatine
C
histonen
D
ribosomen
Slide 19 - Quiz
Welk nummer duidt het ruw endoplasmatisch reticulum aan?
A
4
B
9
C
8
D
11
Slide 20 - Quiz
Welk nummer duidt een mitochondrie aan ?
A
4
B
9
C
8
D
11
Slide 21 - Quiz
Hoe heet het "energiemolecule" dat door een mitochondrie wordt aangemaakt?
Subcellulaire structuren bij eukaryoten
A
ATP
B
DNA
C
RNA
D
ADP
Slide 22 - Quiz
Welk nummer duidt het Golgi-apparaat aan?
A
4
B
9
C
8
D
11
Slide 23 - Quiz
Wat is de functie van nummer 4?
A
afbraak
B
energieproductie
C
verpakking van eiwitten
D
eiwitsynthese
Slide 24 - Quiz
Welke nummers treffen we niet in een plantencel aan?
A
4 en 10
B
7 en 10
C
1 en 4
D
11 en 7
Slide 25 - Quiz
In onderstaande figuur wordt een cel vergeleken met een fabriek. Elke genummerde figuur stelt een bepaalde celstructuur voor. Geef op de volgende dia de juiste naam van het celorganel bij elk nummer.
Slide 26 - Slide
Schrijf hier telkens het nummer en de overeenkomstige naam van het celorganel.