ZT1 start ticket (tekstdoel, leesstrategie, onderwerp en hoofdgedachte)

entree ticket
Zakelijk lezen
- tekstdoel
- leesstrategie
- onderwerp en hoofdgedachte
- enkelvoudige of samengestelde zin
- interpunctie
- tekstverbanden
- kenmerken van nieuwsbericht en advertentie
- w- en h-vragen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 5 min

Items in this lesson

entree ticket
Zakelijk lezen
- tekstdoel
- leesstrategie
- onderwerp en hoofdgedachte
- enkelvoudige of samengestelde zin
- interpunctie
- tekstverbanden
- kenmerken van nieuwsbericht en advertentie
- w- en h-vragen

Slide 1 - Slide

Ik kan ... tekstdoelen opnoemen.
1
2
3
4
5

Slide 2 - Poll

De tekstdoelen die ik nog weet:

Slide 3 - Mind map

verkennend lezen
globaal lezen
zoekend lezen
intensief lezen
studerend lezen
1.
2.
3.
4.
5.

Slide 4 - Drag question

Een onderwerp schrijf ik zo op:
A
In 1 zin
B
In 1 woord
C
In 2 woorden
D
In maximaal 4 woorden

Slide 5 - Quiz

Een hoofdgedachte schrijf ik zo op:
A
In 1 zin
B
In 1 woord
C
In 2 woorden
D
In maximaal 4 woorden

Slide 6 - Quiz

Er stond een grote rij bij de kassa, want de medewerker was er niet.

Dit is een
A
enkelvoudige zin
B
samengestelde zin

Slide 7 - Quiz

Er stond een grote rij bij de kassa, want de medewerker was er niet.

De persoonsvorm(en) is/zijn:
A
stond
B
er + was
C
stond + was
D
er + niet

Slide 8 - Quiz

Er stond een grote rij bij de kassa, want de medewerker was er niet.

Het voegwoord is
A
Er
B
kassa
C
want
D
niet

Slide 9 - Quiz

omdat we vandaag op schoolreis in amersfoort gaan neem ik mijn rugtas mee

Slide 10 - Mind map

ik zeg ik ga naar huis

Slide 11 - Mind map

In de zomervakantie had ik een bijbaantje, maar daar heb ik nu geen tijd meer voor.
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
opsomming
D
conclusie

Slide 12 - Quiz

Ik heb er geen zin in, ik heb er geen geld voor en het mag niet van mijn ouders
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
opsomming
D
conclusie

Slide 13 - Quiz

Niet ieder dier wordt even oud. Een hond wordt bijvoorbeeld niet zo oud als een een schildpad.

A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
opsomming
D
conclusie

Slide 14 - Quiz

Iedereen heeft geld bij zich, dus we gaan een ijsje eten.
A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
opsomming
D
conclusie

Slide 15 - Quiz

Italianen zijn heel emotioneel. Nederlanders daarentegen laten minder snel hun emoties zien.

A
tegenstelling
B
voorbeeld
C
opsomming
D
conclusie

Slide 16 - Quiz

tegenstelling
voorbeeld
opsomming
conclusie
dus
kortom
zoals
bijvoorbeeld
en
ook
maar
toch

Slide 17 - Drag question

kenmerk van een nieuwsbericht
geen kenmerk van een nieuwsbericht
De naam van de schrijver is vermeld.
subjectief
TekstW+h-vragen worden beantwoord.
dikgedrukte inleiding
titel is dikgedrukt
doel: overtuigen
heeft altijd tussenkopjes

Slide 18 - Drag question

kenmerk van een advertentie
geen kenmerk van een advertentie
is niet altijd betrouwbaar
subjectief
Is onopvallend
doel is activeren
staat alleen in tijdschrift
doel is overtuigen
heeft altijd een afbeelding

Slide 19 - Drag question

Noem de W- en H-vragen

Slide 20 - Open question

Ik geef mijn voorkennis het cijfer:
0100

Slide 21 - Poll

Slide 22 - Drag question