NE 2K - Hh Tv, Lv2, PF (les 12)

Welkom
Nederlands
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom
Nederlands

Slide 1 - Slide

Lezen

Slide 2 - Slide

Nederlands
Start
Lesdoel
  • Je toetst je kennis van taalverzorging (LessonUp-quiz).
  • Je oefent verder met leesvaardigheid.
  • We werken aan fictiedoelen.

Toets Lezen hst 1 en Lezen hst 2: 15 oktober 2020

Lid geworden van de bibliotheek?
  • Account aanmaken met pasnummer.
  • App onlineBibliotheek downloaden.
De Quiz
  • Schema invullen.

Slide 3 - Slide

Welke film zou jij vanavond willen zien?
Wat is de persoonsvorm?
A
welke
B
zou
C
jij
D
zien

Slide 4 - Quiz

Ik zal vanmiddag met mijn moeder het huiswerk gaan maken.
Wat is het onderwerp?
A
mijn moeder
B
het huiswerk
C
vanmiddag
D
ik

Slide 5 - Quiz

De tweelingbroers hebben op de afdeling voor enige verwarring gezorgd.
persoonsvorm
onderwerp
gezegde
de tweelingbroers
hebben gezorgd
hebben
voor enige verwarring

Slide 6 - Drag question

Zullen we samen naar de film gaan, of wil je liever paintballen?
Hoeveel werkwoorden staan in de zin?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quiz

Zullen we samen naar de film gaan, of wil je liever paintballen?
Hoeveel pv's staan in de zin?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 8 - Quiz

Zullen we samen naar de film gaan, of wil je liever paintballen?
Wat zijn de persoonsvormen?
A
zullen, gaan
B
zullen, wil
C
gaan, paintballen
D
wil, paintballen

Slide 9 - Quiz

Zullen we samen naar de film gaan, of wil je liever paintballen?
Wat is het voegwoord in de zin?

Slide 10 - Open question

De boeren dreven alle ontsnapte schapen in de hoek van een weiland.

Is dit een samengestelde zin?
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quiz

Als je gaat klimmen in de bergen, word je altijd aan iemand anders gekoppeld.

Is dit een samengestelde zin?
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quiz

voegwoord
persoonvorm 1
persoonvorm 2
Als je gaat klimmen in de bergen, word je altijd aan iemand anders gekoppeld.
Als
je
gaat
klimmen
in de bergen
word
je
altijd
aan iemand anders
gekoppeld

Slide 13 - Drag question

Nederlands
Hst 2 Lezen: Hoofdzaken en bijzaken
Leerdoelen
  • Je kunt hoofdzaken en bijzaken onderscheiden in een tekst.

Opdracht
  • Maak opdracht 4.
  • Maak opdracht 5 (extra).
Samengevat
Hoofdzaken = de belangrijkste informatie in een tekst.
  • In de inleiding en het slot staat vaak de hoofdgedachte.
  • In de eerste (soms tweede) of laatste zin van een alinea staat vaak de belangrijkste informatie.
  • Hoofdzaken zijn soms gemarkeerd in een tekst.

Bijzaken = de minder belangrijke informatie in de tekst.
  • Veel voorkomende bijzaken zijn voorbeelden, toelichtingen en uitleg.
timer
1:00

Slide 14 - Slide

Nederlands
Poëzie en fictie
Leerdoelen
  • Je kunt je inleven in andere personen en situaties

Opdracht
  • Neem onderdeel A Problemen voor je.
  • Gezamenlijk werken aan de opdrachten: voorlezen  > vragen beantwoorden > voorlezen enzovoort.


Slide 15 - Slide

Nederlands
Afsluiting
Controle lesdoelen 
  • Vul de juiste vorm in: [Worden] je broer morgen echt gekozen als burgermeester?
  • Benoem de woordsoorten uit de vorige zin. Welke twee woorden houd je over?
  • Wat wordt er in het middenstuk van een tekst behandeld?
  • Geef voorbeelden van bijzaken in een tekst.
  • Wat is lichaamstaal?

Slide 16 - Slide