Ultimatumspel

• Economie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4-6

Ultimatumspel

Ultimatumspel

Je wordt willekeurig ingedeeld met een andere klasgenoot. Je weet niet met welke klasgenoot je dit tweetal vormt. Een van jullie is speler A en de ander speler B. Als tweetal ontvangen jullie 3 chocolademunten. 

Speler A kiest hoe hij/zij deze chocolademunten verdeelt tussen de twee spelers. Speler B kiest vervolgens of hij/zij akkoord gaat met de verdeling van speler A. Als speler B de verdeling van speler A afwijst, krijgen beide spelers niets.

Stel, speler A biedt speler B één chocolademunt en houdt de rest zelf. Speler B weigert het aanbod. Hoeveel munten krijgt speler A dan?

1. 3
2. 2
3. 1
4. 0

Stel, jij bent speler A en moet 3 chocolademunten verdelen. Hoeveel geef je aan speler B?

0

1

2

3

Stel, jij bent speler B. Hoeveel chocolademunten moet speler A jou minimaal geven, zodat jij akkoord gaat?

0

1

2

3

Ultimatum Game in het echt: gemiddeld werd 41% van het bedrag aan speler B gegeven en geaccepteerd

Bron: Tisserand et al. 

Ultimatumspel

• Jullie gaan drie chocolademunten verdelen
• Speler A: schrijft op een briefje "Ik wil X munten aan speler B geven". 
• Speler B: schrijf op een briefje " Ik wil minimaal X munten krijgen van speler A".
• Vouw je briefje dicht, schrijf je naam erop en lever in 

Voorbeeld

Speler A schrijft op: Ik wil 2 munten aan speler B geven. 

Speler B schrijft op: Ik wil minimaal 1 munt van speler A krijgen.

A > B. Speler A krijgt 1 munt, speler B krijgt 2 munten. 

Voorbeeld 2

Speler A schrijft op: Ik wil 1 munt aan speler B geven. 

Speler B schrijft op: Ik wil minimaal 2 munten van speler A krijgen.

B > A. Beide spelers krijgen geen munten.