What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
à + bepaald lidwoord
à + bepaald lidwoord
Als het franse voorzetsel
à
( in, naar, bij, op..) wordt vervolgd door
le
of
les
dan wordt het samengevoegd tot een woord.
à + le = au
à + les = aux
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Taal
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
à + bepaald lidwoord
Als het franse voorzetsel
à
( in, naar, bij, op..) wordt vervolgd door
le
of
les
dan wordt het samengevoegd tot een woord.
à + le = au
à + les = aux
Slide 1 - Slide
Voorbeelden
Je vais
au
club de foot. Ik ga naar de voetbalclub.
il participe
aux
matchs. Hij doet mee aan de wedstrijden.
Slide 2 - Slide
Als à gevolgd wordt door
la of l'
dan blijft het
à la
of
à l'
à + la = à la
à + l' = à l'
Slide 3 - Slide
voorbeelden
Je vais
à la
mer. Ik ga naar de zee.
On est
à l'
ecole. Wij zijn op school.
Slide 4 - Slide
Ik ga naar een concert
A
je vais au un concert
B
je vais à la concert
Slide 5 - Quiz
Ik koop de tickets bij de kassa.
A
J'achète les billets à la box-office
B
J'achète les billets au box-office
Slide 6 - Quiz
Ik eet in het restaurant.
A
je mange au restaurant
B
Je mange à la restaurant
Slide 7 - Quiz
Wij gaan naar de bioscoop.
A
Nous allons au cinéma
B
Nous allons à la cinéma.
Slide 8 - Quiz
Ik vraag aan de vrienden.
A
je demande aux amis
B
Je demande au amis
C
Je demande à l'amis
Slide 9 - Quiz
Ik ga naar het huis.
A
je vais au maison
B
je vais à la maison
C
Je vais aux maison.
Slide 10 - Quiz
Ik ga naar het zwembad.
A
Je vais au piscine
B
je vais à la piscine.
C
Je vais aux piscine.
Slide 11 - Quiz
Ik ben op school.
A
je suis à l'école
B
Je suis à la école
C
Je suis au école
D
Je suis aux école
Slide 12 - Quiz
á + le =
A
au
B
aux
C
á la
D
á l'
Slide 13 - Quiz
á + les =
A
au
B
aux
C
á la
D
á l'
Slide 14 - Quiz
á + la =
A
au
B
aux
C
á la
D
á l'
Slide 15 - Quiz
á + l' =
A
au
B
aux
C
á la
D
á l'
Slide 16 - Quiz
Wat is goed?
het zwembad
A
la piscine
B
le piscine
C
les piscine
Slide 17 - Quiz
Wat is goed?
de voetbalclub
A
la club de foot
B
le club de foot
C
les club de foot
Slide 18 - Quiz
Wat is goed?
de zee
A
le mer
B
les mer
C
la mer
Slide 19 - Quiz
Wat is goed?
de bioscoop
A
le cinéma
B
la cinéma
C
les cinéma
Slide 20 - Quiz
Wat is goed?
de vrienden
A
le amis
B
la amis
C
les amis
Slide 21 - Quiz
Wat is goed?
de school
A
la école
B
l'école
C
le école
D
les école
Slide 22 - Quiz
More lessons like this
Chapitre2: gramD: à+le/de+le
November 2023
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
HAVO 1 la langue française cours 12 période 3
April 2021
- Lesson with
14 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Chapitre2: gramD:à+le/de+le
November 2022
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
à +le(s) de + le(s)
December 2023
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
H. grammaire verbes -IR
24 days ago
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
à la, au, à l', aux
June 2023
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Chapitre 2 herhaling A t/m G
December 2022
- Lesson with
33 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
à la, au, à l', aux
June 2023
- Lesson with
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2