Poëzie H4

H4 Literatuur: Poëzie, les 1
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H4 Literatuur: Poëzie, les 1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waaraan denk je bij het woord 'poëzie'?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Lees je wel eens poëzie?
Ja!
Nee!

Slide 3 - Poll

This item has no instructions

Wat maakt een gedicht anders dan een andere tekst?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Je hebt het misschien niet door, 
maar je komt poëzie overal tegen:
  • Tijdens bijzondere gelegenheden (speech, uitvaart, geboortekaartje)
  • Op televisie/radio
  • In de openbare ruimte (muurpoëzie, monumenten)
  • In huis (misschien van iemand anders)
  • Op sociale media (Instagram)

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Instagram
De meeste poëzie op sociale media wordt gedeeld via Instagram. Er is een groep 'Instadichters' ontstaan, die ook zorgen voor een opleving in de verkoop van poëzie in de boekwinkels.

In 2018 op Bol.com in de top honderd bestverkopende dichters: 24% van de top 100 waren Instadichters

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
  • Bekijk de profielen van minstens 3 Instadichters.
  • Maak een lijstje met kenmerken: wat valt je op aan de gedichten? Noteer je antwoorden straks in LessonUp.
  • Welke gedichten/dichters spreken je aan?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Nederlandstalig

@larsvdwerf
@reneoskam
@merelmorre
@floorrijmt
@liefleven
@derek.otte
@ruthvandesteene



Engelstalig

@rupikaur_
@langleav
@atticuspoetry
@ladybookmad


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Een Instagedicht is meestal...

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

Huiswerk
Kies een Instagedicht uit dat je aanspreekt en neem dat morgen mee naar de les.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

H4 Literatuur: Poëzie, les 2

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Poëzie
Poëzie verschilt van proza. Belangrijk is het feit dat gedichten meestal korter zijn. Een dichter probeert met weinig woorden een gevoel bij de lezer op te roepen. De schrijver zal dan ook veel aandacht aan zijn formuleringen besteden. De wijze waarop hij dat doet, wordt de vorm genoemd. 
(Bron: Marsman literatuur)


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Vormkenmerken poëzie
  • Rijm
  • Metrum
  • Typografie
  • Beeldspraak (figuurlijk taalgebruik)
  • Stijlfiguren (bijzonder/opvallend taalgebruik)

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
Bekijk het Instagedicht dat je hebt uitgekozen. 
Heeft de dichter bijzondere aandacht geschonken aan de 'vorm'? Zo ja: hoe?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Het bijzondere taalgebruik zorgt ervoor dat een gedicht beter 'werkt'.
Mee eens
Mee oneens

Slide 16 - Poll

This item has no instructions

'Mij te zijn'
Noteer 3 woorden die bij je opkomen na het lezen van dit gedicht.

Slide 17 - Slide

Met toestemming van de auteur in deze les opgenomen. 

'Mij te zijn'

Slide 18 - Mind map

Met toestemming van de 
'Mij te zijn'
Waar gaat dit gedicht over, denk je?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Waar gaat 'Mij te zijn'
volgens jou over?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

'Mij te zijn'
Waar gaat dit gedicht over, denk je?

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

'Mij te zijn'
Wat valt op aan het taalgebruik in dit gedicht?

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wat zou je willen zeggen tegen de dichter van 'Mij te zijn'?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Opdracht
Hoe is het om jou te zijn?
Probeer dit kort en krachtig onder woorden te brengen. Zijn er woorden, of misschien beelden, die bij jou passen? Kun je dat in taal omzetten?

Slide 24 - Slide

This item has no instructions