Aan het einde van de les weet ik het verschil tussen een bedrijvende zin en een lijdende zin en kan ik herkennen of een zin bedrijvend is of lijdend is.
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Lesdoel
Aan het einde van de les weet ik het verschil tussen een bedrijvende zin en een lijdende zin en kan ik herkennen of een zin bedrijvend is of lijdend is.
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Bedrijvende vorm
Jara| laat | de hond | uit
Jara is het onderwerp
Jara doet iets in deze zin: Ze laat de hond uit
Bedrijvend of actief
Slide 3 - Slide
Lijdende vorm
De hond | wordt | door Jara |uitgelaten
De hond is het onderwerp
De hond doet niets in deze zin: Hij wordt uitgelaten
Lijdend of passief
Slide 4 - Slide
Bedrijvend of lijdend?
Zoek het werkwoordelijk gezegde in de zin.
Zoek het onderwerp in de zin.
Doet het onderwerp wat in het werkwoordelijk gezegde staat?
Ja --> Bedrijvend
Nee --> Lijdend
Slide 5 - Slide
Mijn zusje heeft al heel vroeg een kaartje voor het concert van Douwe Bob gekocht.
A
Bedrijvend
B
Lijdend
Slide 6 - Quiz
Die cd is door mijn broer helemaal grijs gedraaid.
A
Bedrijvend
B
Lijdend
Slide 7 - Quiz
De vuilnis wordt iedere woensdag voor 9.00 opgehaald.
A
Bedrijvend
B
Lijdend
Slide 8 - Quiz
De hond en Jara worden door de harde wind van de weg geblazen. Is deze zin bedrijvend of lijdend?
Slide 9 - Open question
Heel lang geleden poetsten de mensen hun tanden niet.
A
Bedrijvende vorm
B
Lijdende vorm
Slide 10 - Quiz
Met een stokje werd het poeder over het gebit verdeeld.
A
Bedrijvende vorm
B
Lijdende vorm
Slide 11 - Quiz
Grieken en Romeinen vervingen het poeder door een pasta
A
Bedrijvende vorm
B
Lijdende vorm
Slide 12 - Quiz
Nu stimuleert zelfs de overheid het tandenpoetsen, zodat in gebitten geen gaatjes ontstaan.
A
Bedrijvend, Bedrijvend
B
Lijdend, Lijdend
C
Bedrijvend, Lijdend
D
Lijdend, Bedrijvend
Slide 13 - Quiz
Ik kan een lijdende of een bedrijvende zin herkennen.
A
Ja
B
Nee, ik zou graag nog extra uitleg willen
Slide 14 - Quiz
Ik kan een lijdende of een bedrijvende zin veranderen van vorm.