This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Hoe heet deze faseovergang?
A
smelten
B
stollen
C
verdampen
D
condenseren
Slide 1 - Quiz
Hoe heet deze faseovergang?
A
smelten
B
stollen
C
verdampen
D
condenseren
Slide 2 - Quiz
Hoe heet deze faseovergang?
A
smelten
B
stollen
C
verdampen
D
condenseren
Slide 3 - Quiz
Welke faseovergang zie je in het plaatje? (op de bril)
A
Verdampen
B
Condenseren
C
Sublimeren
D
Koken
Slide 4 - Quiz
Wanneer je hebt gedoucht ontstaan er waterdruppels op de spiegel. Welke faseovergang treedt op?
A
Sublimeren
B
Condenseren
C
Smelten
D
Verdampen
Slide 5 - Quiz
Hoe heet deze faseovergang?
A
smelten
B
stollen
C
verdampen
D
condenseren
Slide 6 - Quiz
Welke faseovergang is er als gesmolten kaarsvet op je vinger komt ?
A
smelten
B
bevriezen
C
stollen
D
verdampen
Slide 7 - Quiz
Met welke faseovergang heb je te maken als je natte kleren laat drogen aan de waslijn
A
Smelten
B
Verdampen
C
Bevriezen
D
Condenseren
Slide 8 - Quiz
Hoe kun je een mengsel van suiker en water scheiden?
A
bezinken en afgieten
B
indampen
C
filtreren
D
bevriezen
Slide 9 - Quiz
Hieronder staan vier uitspraken.
Kies de uitspraak die NIET juist is.
A
Een suspensie is troebel.
B
Een oplossing is helder.
C
Een suspensie is een mengsel.
D
Een oplossing kun je met een filter scheiden.
Slide 10 - Quiz
Welk soort mengsel kun je goed scheiden door filtreren?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Emulsie
D
Rook
Slide 11 - Quiz
Welke scheidingsmethode kun je gebruiken om een mengsel van zand en schelpen te scheiden?
A
bezinken en afschenken
B
indampen
C
zeven
D
destilleren
Slide 12 - Quiz
Je hebt een mengsel van zout water waarin zaagsel zit. Leg uit hoe je de drie stoffen hier kan scheiden. Benoem de scheidingsmethoden in de juiste volgorde.
A
indampen en filtreren
B
extraheren en indampen
C
filtreren en indampen
D
adsorberen en indampen
Slide 13 - Quiz
Extraheren is een manier om een mengsel te scheiden. Van welke eigenschap maak je gebruik bij het extraheren?
A
het verschil in kookpunt van de stoffen
B
het verschil in deeltjes-grootte van de stoffen
C
het verschil in oplosbaarheid van de stoffen
D
het verschil in volume van de stoffen
Slide 14 - Quiz
Een onoplosbare vaste stof is gemengd met een vloeistof. Met welke methode kun je dit mengsel scheiden?
A
absorberen
B
indampen
C
filteren
Slide 15 - Quiz
Een onoplosbare vaste stof is gemengd met een vloeistof. Met welke methode kun je dit mengsel scheiden?
A
absorberen
B
extraheren
C
filteren
D
indampen
Slide 16 - Quiz
Welke scheidingsmethode gebruik je voor een mengsel van zand en schelpen te scheiden?