Les 3/03/21 werkwoordspelling

Deze week
  • Leesboek 3 uit en fictie-opdracht maken.
  • h4 grammatica zinsdelen.
  • h4 werkwoordspelling. 

VANDAAG
  • LESDOEL: "ik snap het verschil tussen een voltooid en een onvoltooid deelwoord"
  • De spellingsregels oefenen voor een voltooid deelwoord en een onvoltooid deelwoord
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Deze week
  • Leesboek 3 uit en fictie-opdracht maken.
  • h4 grammatica zinsdelen.
  • h4 werkwoordspelling. 

VANDAAG
  • LESDOEL: "ik snap het verschil tussen een voltooid en een onvoltooid deelwoord"
  • De spellingsregels oefenen voor een voltooid deelwoord en een onvoltooid deelwoord

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Hoofdstuk 4 Werkwoordspelling
  • Theorie op bladzijde 126.

Voltooid deelwoord
Het voltooid deelwoord (vd) geeft vaak aan dat een handeling is afgerond (= voltooid). Het voltooid deelwoord maakt meestal deel uit van het gezegde.

Er staat dan altijd een vorm bij van hebben, zijn of worden:

Tijdens de vakantie heeft Julia bij een boerderij gekampeerd.

Slide 3 - Slide

Schrijfwijze van het voltooid deelwoord
Zo schrijf je het voltooid deelwoord

Het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden eindigt vaak op -en.
Wij hebben heerlijke couscous gegeten (eten).
Het voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden eindigt op -d of -t. De juiste letter bepaal je net als in de verleden tijd met ’t (e)x-foksch(aa)p. Kijk naar de letter die in de infinitief voor de uitgang -en staat:
klaverjassen → pvvt: klaverjaste → Guido heeft zaterdagavond geklaverjast.

Slide 4 - Slide


Guido heeft vorige winter (skiën)
A
geskiet
B
geskiëd
C
geskied
D
skied

Slide 5 - Quiz

Je hebt dit keer gelijk, maar het gebeurt niet vaak dat ik het fout heb.

gebeurt is hier een:

A
voltooid deelwoord
B
infinitief
C
onvoltooid deelwoord
D
persoonsvorm

Slide 6 - Quiz

Fout
Goed

Slide 7 - Drag question

Hoofdstuk 4 Werkwoordspelling
  • Theorie op bladzijde 126.

Onvoltooid deelwoord
Het onvoltooid deelwoord (od) geeft aan dat een handeling aan de gang is (= onvoltooid).
Boas reist zeilend de wereld over.

Slide 8 - Slide

Schrijfwijze van het onvoltooide deelwoord
Zo schrijf je het voltooid deelwoord

Het onvoltooid deelwoord spel je als infinitief + d: juichen + d → juichend

Slide 9 - Slide

Voltooid deelwoord
Onvoltooid deelwoord
Sleep de onderstaande woorden naar het juiste rode vak
slapend
huilend
kijkend
troostend
gapend
gemaakt
beleefd
gestampt
gekocht
geleefd

Slide 10 - Drag question

Samen oefenen, volg het stappenplan (2e slide)
1. De (vergroten) foto hangt sinds we (verhuizen) zijn aan de muur.
2. Al (gapen)loop ik naar mijn bureau waar het allemaal (gebeuren).
3. (worden) je nou nog steeds boos om wat er (gebeuren) is?

Slide 11 - Slide

Aan de slag
  •  Ga naar de online methode van Nieuw Nederlands.
  • H4 Vrije Tijd --> Spelling --> voltooid en onvoltooid deelwoord.
  • Maak alle opdrachten van je leerroute.

Slide 12 - Slide

KLAAR ?
Dan kan je je boek uitlezen als je die nog niet uit hebt.
SAMEN: nieuwsquiz? 

Slide 13 - Slide