What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Discussie en signaalwoorden
Lesdoelen
Aan het einde van deze les kan je:
Goede argumenten formuleren bij je mening
Signaalwoorden gebruiken die een reden aangeven bij een mening
1 / 32
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
This lesson contains
32 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
2 videos
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Lesdoelen
Aan het einde van deze les kan je:
Goede argumenten formuleren bij je mening
Signaalwoorden gebruiken die een reden aangeven bij een mening
Slide 1 - Slide
12 november 2024
Wat: Par. 5.4
Wanneer: 11:20-12:10
Hoe: Klassikaal/ Zelfstandig werken
Klaar: Par. 5.4 opdrachten maken
HW: Par. 5.4 opdrachten maken
Lesdoel: Zie vorige slide!
Taaldoel:
Slide 2 - Slide
Discussie en argumenten
Dit weet je al.
Slide 3 - Slide
Discussie
Slide 4 - Slide
Discussie
Mening geven en met argumenten onderbouwen
Luisteren naar elkaar en elkaar laten uitpraten
Reageren op de argumenten van een ander
Blijf bij het onderwerp
Slide 5 - Slide
Wat is een argument?
A
Iets wat je vindt of wat je denkt.
B
De reden waarom je iets vindt of denkt.
Slide 6 - Quiz
Argument of mening?
Huiswerk maken is belangrijk,
A
argument
B
mening
Slide 7 - Quiz
Argument of mening?
want daarmee verwerk je de leerstof beter.
A
argument
B
mening
Slide 8 - Quiz
Ik vind dat school later moet beginnen.
...want dat vind ik.
...want dat is beter voor de hersenontwikkeling van pubers.
Slide 9 - Slide
Ik vind dat school later moet beginnen.
...want dat vind ik.
...want dat is beter voor de hersenontwikkeling van pubers.
Slecht argument.
Het is niet gebaseerd op een feit, situatie of iets belangrijks.
Goed argument.
Het is gebaseerd op een feit en het is ook belangrijk voor de lezers.
Slide 10 - Slide
Signaalwoorden?
Slide 11 - Mind map
Ze wil gaan winkelen, omdat ze nieuwe kleren nodig heeft.
Welk tekstverband geeft het woord 'omdat' aan:
A
voorbeeld
B
opsomming
C
tegenstelling
D
reden
Slide 12 - Quiz
Signaalwoorden
In een tekst geven signaalwoorden het verband aan tussen woorden, zinnen of alinea's.
Slide 13 - Slide
Signaalwoorden
verband
signaalwoorden
opsomming
ten eerste, ook bovendien, daarnaast, verder
tijdsvolgorde
eerste, daarna, voordat, nadat, toen, terwijl, zodra, ten slotte
tegenstelling
maar, daarentegen, toch, echter, integendeel
voorbeeld
bijvoorbeeld, een voorbeeld (hier)van is, zo, zoals, ter illustratie
Slide 14 - Slide
Zin
Leraren moeten geen cijfers meer geven, want cijfers zeggen niet alles over wat een leerling allemaal kan.
Slide 15 - Slide
Reden
Een reden is een uitleg, een verklaring waarom iets is of waarom je iets doet. Ook een argument is een reden.
De zin:
mening
signaalwoord
reden
Leraren moeten geen cijfers meer geven,
want
cijfers zeggen niet alles over wat een leerling allemaal kan.
Slide 16 - Slide
Reden
tekstverband
signaalwoorden
reden
want, omdat, daarom, vanwege, immers, namelijk
Slide 17 - Slide
"Ik kwam te laat op school. Waardoor kwam dat? (reden)
De brug stond open."
Welk signaalwoord kun je gebruiken om de zinnen aan elkaar te plakken?
A
terwijl
B
bijvoorbeeld
C
toch
D
doordat
Slide 18 - Quiz
"Leerlingen moeten meer Nederlandse lessen krijgen. Waarom? (reden)
Dit zorgt ervoor dat ze beter worden in lezen en schrijven"
Welk signaalwoord kun je gebruiken om de zinnen aan elkaar te plakken?
A
Want
B
En
C
Bovendien
D
Omdat
Slide 19 - Quiz
FEIT
Iets wat je kan controleren met een onderzoek of een krantenbericht.
MENING / (STAND
PUNT)
Iets wat je vindt of wat je denkt.
ARGUMENT
Waarom je iets vindt of denkt.
signaalwoorden
want
omdat
immers
Slide 20 - Slide
Filmpje
Slide 21 - Slide
Vragen
Wat was de stelling van de discussie?
Wat is jullie opgevallen?
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Video
Vragen
Overleg in tweetallen.
Wat was de stelling van de discussie?
Wat is jullie opgevallen?
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Video
Vragen
Overleg in tweetallen.
Wat was de stelling van de discussie?
Wat is jullie opgevallen?
Slide 26 - Slide
Spelregels
Luister naar elkaar en laat elkaar uitpraten
Reageer op de argumenten van een ander
Blijf bij het onderwerp en maak het niet persoonlijk
Hou het netjes en heb respect voor elkaars mening
Maak oogcontact
Maak korte zinnen
Slide 27 - Slide
Opdracht
Kies een stelling van de lijst
6 leerlingen per stelling, waarvan 3 voor en 3 tegen of naar evenredigheid
Bereid met z'n drieën argumenten voor met behulp van
signaalwoorden
(omdat, want, namelijk, daarom, aangezien, op grond van, om die reden)
Slide 28 - Slide
Stellingen
Mensen met overgewicht moeten korting krijgen op sporten
Energiedrankjes moeten verboden worden
De leeftijd om te mogen werken moet omhoog naar 16 jaar
Roddelen over een ander is erger dan iemand slaan.
Slide 29 - Slide
WHHTUK
Wat: Oefening par. 5.4
Hoe: zelfstandig werken
Hulp: Leertekst par. 5.4 ( beoordelingswoorden)
Tijd: 15-20 min
Uitkomst: Mening onderbouwen met argumenten mbv signaalwoorden
Eerder klaar: Par. 5.4 alle opdrachten
Slide 30 - Slide
Vooruitblik
- Leesboek van de mediatheek meenemen
- Leesdossiers
Slide 31 - Slide
Exit ticket
Invullen a.u.b!
Slide 32 - Slide
More lessons like this
Herhaling mening/feit/argument/signaalwoorden
January 2024
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
Herhaling mening/feit/argument/signaalwoorden
13 days ago
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
2kgt 3.3 Lezen
December 2022
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
3.3 Lezen helemaal
4 days ago
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
Par 5.4: Mening geven en beargumenteren
21 days ago
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Srebrenica
January 2023
- Lesson with
33 slides
by
Kidsweek in de Klas
Wereldoriëntatie
Begrijpend lezen
+4
Basisschool
Groep 7,8
Kidsweek in de Klas
H2 Gesprekken 2.3 discussie
March 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
H2 Gesprekken 2.3 discussie
May 2023
- Lesson with
13 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1