6.4 deel 2

6.4 deel 2
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

6.4 deel 2

Slide 1 - Slide

Welkom
3 MAVO ||  2023-2024

Hoofdstuk 6 
Exameneenheid arbeid en productie

Slide 2 - Slide

Programma
  • Hoofdstuk 6
  • Lesdoelen
  • Opdracht bespreken
  • Theorie
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 3 - Slide

Vaste en variabele kosten
 Vaste kosten
 bijv.
  • huisvesting
  • rentekosten
  • contributies
  • personeel?
  • Vaste kosten zijn er altijd, onafhankelijk van productie
 Variabele kosten
 bijv.
  • zakelijk verbruik
  • schoonmaak
  • wasserij
  • personeel?
  • Afhankelijk van hoeveelheid productie

Slide 4 - Slide

Leg uit wat er wordt bedoeld met 'productiecapaciteit'

Slide 5 - Open question

Productiecapaciteit
Productiecapaciteit = de maximale hoeveelheid producten die een bedrijf kan maken.

De productiecapaciteit wordt bepaald door:
  1. het aantal mensen dat bij het bedrijf werkt.
  2. het aantal uren dat zij werken.
  3. de machines (kapitaalgoederen) die worden gebruikt.


Slide 6 - Slide

Wat gebeurd er met de kostprijs per product als de arbeidsproductiviteit stijgt?
A
Stijgt
B
Daald
C
Blijft gelijk

Slide 7 - Quiz

arbeidsproductiviteit

  • arbeidsproductiviteit
  • productie per persoon in een bepaalde tijd   (dus hoeveel produceert één werknemer)
  • - om zoveel mogelijk winst te behalen, wil je een zo'n hoog mogelijke arbeidsproductiviteit

  • arbeidsproductiviteit verhogen door:
  • technologische ontwikkeling, zoals automatisering en mechanisering
  • betere arbeidsverdeling (wie doet wat, specialisatie)
  •  scholing
  • prestatiebeloning (bonus)

  • arbeidsproductiviteit = totale productie per periode : aantal werkenden

Slide 8 - Slide

Bereken de arbeidsproductiviteit per arbeidsuur voor en na de investering.

Slide 9 - Open question

Maatschappelijke opbrengsten
Maatschappelijke opbrengsten = alle voordelen die de samenleving heeft van een hogere productie bij bedrijven
Meer welvaart!
(meer behoeften bevredigen)

Slide 10 - Slide

Maatschappelijke opbrengsten
Dit zijn voordelen die voortkomen uit (meer) productie.

Door meer te produceren komen er meer banen dus inkomen
Door dit inkomen kan er meer worden gekocht
Hierdoor stijgt de welvaart
Dit noem je maatschappelijke opbrengsten! 

Slide 11 - Slide

Maatschappelijke kosten
Maatschappelijke kosten = alle nadelen die de samenleving heeft van een hogere productie bij bedrijven

Slide 12 - Slide

Maatschappelijke kosten
Maatschappelijke kosten zijn de kosten van milieuvervuiling die door ons allemaal worden betaald. 

  • Kosten voor afvalverwijdering
  • Natuurbescherming
  • Opraken van grondstoffen
  • Nadelige gevolgen gezondheid
Dit is vaak lastig uit te drukken in geld

Slide 13 - Slide

Maatschappelijk verantwoord ondernemen
Maatschappelijk verantwoord ondernemen = bedrijven houden rekening met de gevolgen voor mensen en milieu

Slide 14 - Slide

Hoe kunnen we dat oplossen?
Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO)​
  • Plicht om goed te zijn voor mens, 
natuur en maatschappij.​ 

Maatschappelijk verantwoord 
  • ondernemen: Manier van ondernemen 
waarbij een bedrijf rekening houdt met 
natuur, mens en maatschappij.​

Slide 15 - Slide

Aan de slag
Afmaken paragraaf 6.4
Klaar? Nakijken
Klaar? Herhalingsopdrachten 6.3 op bladzijde 179

Slide 16 - Slide