9.3 - Je huid + 9.4 - Ziek

Je kunt bezig gaan met de opdrachten van 9.4
Of je maakt een samenvatting / mindmap van de paragraaf



9.3 - Je huid
9.4 Ziek
1 / 42
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Je kunt bezig gaan met de opdrachten van 9.4
Of je maakt een samenvatting / mindmap van de paragraaf



9.3 - Je huid
9.4 Ziek

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Doelen van deze les
Je leert:
wat de functies van je huid zijn
Hoe je huid beschermt
hoe je ziek wordt
hoe je geneest
waarvoor je koorts krijgt
wat er gebeurt als je wordt ingeënt
wanneer je de afweer uitschakelt

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

De huid

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

https://schooltv.nl/video-item/het-klokhuis-huid

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Hoe blijf je op temperatuur?
Afkoelen:
- Bloedvaatjes worden wijder
- Zweten

Opwarmen
- Bloedvaatjes worden nauwer
- Rillen
- Kippenvel (haren omhoog)

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Te veel zon
UV-straling
Kankerverwekkend

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

maken:
P.O. opdracht de huid
opdracht 7 tm 20 werkboek

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

De huid heeft 3 taken.
Wat is GEEN taak van de huid?
A
beschermen tegen giftige gassen uit de lucht
B
beschermen tegen vuil en ziekteverwekkers
C
lichaam op temperatuur houden
D
beschermen tegen de zon

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet de huidlaag dat ons beschermt tegen UV straling?
A
hoornlaag
B
kiemlaag
C
lederhuid
D
onderhuids bindweefsel

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

hoe geneest een wondje?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Bloedplaatjes
  • Bloedstolling in stapjes

1. Bloedplaatjes knappen open
2. Eiwit komt vrij dat fibrinogeen omzet tot fibrinedraden
3. In de fibrinedraden blijven rode bloedcellen plakken

Slide 13 - Slide

Stollingseiwit, zet fibrinogeen om tot fibrinedraden
Bloedplaatjes
- Stollen het bloed
- Te veel aan bloedplaatjes (trombose kan optreden)
- Te weinig aan bloedplaatjes (blijf je bloeden)

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Onderdelen van het bloed
Bloedplaatjes

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

9.4 ziek

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Ziek worden
Ziekteverwekkers komen in je lichaam: 
- Via slijmvliezen (mond, neus, geslachtsorganen)
- Via wondje in de huid (9.3)

Besmetting / infectie
vb.: verkoudheid, griep, Covid-19

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Beter worden
Afweer -> immuunsysteem
In je lichaam: witte bloedcellen

Twee soorten:
'Vreetcellen' en 'afweerstofcellen'

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Bacteriën opeten
witte bloedcellen kruipen uit de bloedvaten ->
Ze sluiten de bacterie in ->
Ze verteren de bacterie, hierdoor gaat deze dood ->
De witte bloedcel gaat nu dood

Etter / pus - dode witte bloedcellen + resten van bacteriën en kapotte huidcellen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Afweerstoffen maken
Ziekteverwekker komt in je lichaam
Vermeerdert zich
Witte bloedcellen maken antistoffen/afweerstoffen
afweerstoffen schakelen ziekteverwekker uit

Als de ziekteverwekker een 'bekende' is, gaat dit sneller!

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

antibiotica
Soms dringen ziekmakende bacteriën je lichaam binnen.
Hierdoor krijg je een ontstekingsreactie.
Meestal kan je afweersysteem zelf de bacteriën vernietigen.
Soms lukt dat niet, dan heb je antibiotica nodig om de bacteriën te doden

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

https://schooltv.nl/video-item/het-klokhuis-antibiotica

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Vaccineren
Hulp bij het bestrijden van ziekteverwekkers
- Verzwakte/dode ziekteverwekkers
- Maken je niet ziek, maar worden wel herkend door je afweerstofcellen

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Ziek worden
Ziekteverwekkers: bacteriën, virussen en schimmels
Bacteriën&schimmels - geven giftige stoffen af en kunnen ontstekingen veroorzaken
Virussen - dringen een cel binnen en vermeerderen zich. Nemen de cel over

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Ziek worden
Besmetting - ziekteverwekkers komen in je lichaam
Incubatietijd - ziekteverwekkers delen, groeien
Symptomen - Ziekteverschijnselen
Prognose - Verwacht hersteltraject

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Eigen verdediging
Witte bloedcellen
- Vreetcellen
- Antistofcellen

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Vreetcel

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Koorts

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Hulp bij afweer
Immuun worden:
- Besmetting (actieve immuniteit)
- Vaccinatie met antigen (actieve immuniteit)
- Injectie met antistoffen (passieve immuniteit)

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Orgaantransplantatie
Afweer wordt 'uitgeschakeld'

Afstotingsreactie

de eiwitten worden niet herkend 
dus antistoffen worden gemaakt

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Aan het werk
9.3 - 5, 6, 8, 11, 15, 16
9.4 - 6, 7, 12, 14, 16, 21, 23
Moeilijk? Maak ook de vragen met de cirkelende pijlen er voor 

Klaar?
Ga oefenen op www.biologiepagina.nl

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Slide 37 - Video

This item has no instructions

Elk jaar worden in Nederland organen getransplanteerd.

Wanneer heeft zo’n operatie de meeste kans op succes?
A
Als de antigenen van de donor overeenkomen met de antigenen van de ontvanger.
B
Als de antigenen van de donor overeenkomen met de antistoffen van de ontvanger.
C
Als de antistoffen van de donor overeenkomen met de antigenen van de ontvanger.
D
Als de antistoffen van de donor overeenkomen met de antistoffen van de ontvanger.

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Wat zou jij invullen wanneer je 18 bent op de vraag: Wil je donor worden?
A
Ja, ik wil donor worden
B
Nee, ik wil geen donor worden
C
Familie beslist
D
Iemand anders beslist

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Aan het werk
Van 9.4 maken opdr:
22 t/m25
3, 4, 5, 11, 12, 13, 14, 18, 19, 20
Klaar? Ga dan verder met de striptekening.

Slide 42 - Slide

This item has no instructions