3.2 Vast, flexibel of zelfstandig?

Hoofdstuk 3
Welke betekenis heeft werk?
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 3
Welke betekenis heeft werk?

Slide 1 - Slide

Economische dimensie
Hoofdstuk 3: Welke betekenis heeft werk?  
H3.1  Welke kansen biedt de arbeidsmarkt?
H3.2 Vast, flexibel of zelfstandig?
H3.3 Wat houd ik netto over?
H3.4 Waarom werken mensen?

Slide 2 - Slide

Herhaling 3.1
- arbeidsmarkt
- welke kansen biedt de arbeidsmarkt? Kansberoepen, krapteberoepen en overstapberoepen.
- feedback

Slide 3 - Slide

Hoe vergroot je je kans op werk?

Slide 4 - Open question

Vast, flexibel of zelfstandig? 
Geef een voorbeeld!

Welk dienstverband heb jij (ooit gehad)?

Wat zijn de kenmerken van jouw dienstverband?

Slide 5 - Slide

Vast, flex of zelfstandig?

Slide 6 - Slide

Wat zijn de voordelen van een vast dienstverband?

Slide 7 - Mind map

Wat zijn de voordelen van ZZP?

Slide 8 - Mind map

Ik ben in dienst, ontvang iedere maand hetzelfde salaris en ik kijk wel wanneer ik stop. Mijn dienstverband is:
A
Vast
B
Tijdelijk
C
Zelfstandig
D
ZZP

Slide 9 - Quiz

Ik heb arbeidsovereenkomst voor 1 jaar, ik word per uur betaald en ik mag in principe niet tussendoor stoppen. Mijn dienstverband is:
A
Vast
B
Tijdelijk
C
Zelfstandig
D
ZZP

Slide 10 - Quiz

Ik heb geen arbeidsovereenkomst, ik bepaal zelf hoeveel uur ik werk, ik moet steeds nieuwe opdrachten vinden. Mijn dienstverband is:
A
Vast
B
Tijdelijk
C
Zelfstandig
D
ZZP

Slide 11 - Quiz

Rechten en regelingen
Wat als ik ‘zomaar’ 500 euro minder ga verdienen? Of wat als ik ‘zomaar’ ontslagen wordt?

  • CAO!
  • Vakbonden
  • Staken

Slide 12 - Slide

Wat is een CAO?
A
Centrale Arbeidsovereenkomst
B
Collectieve Arbeidsonderneming
C
Centrale Arbeidsonderneming
D
Collectieve Arbeidsovereenkomst

Slide 13 - Quiz

Wat heb je aan de CAO?
A
Heb er helemaal niets aan
B
Zonder cao heb je alleen de minimale bescherming van de wet
C
Wanneer een arbeidsovereenkomst iets bepaalt wat de cao niet toelaat, gaat de cao voor.
D
Een arbeidsovereenkomst geldt alleen voor jou. Een cao geldt voor een hele sector of bedrijf.

Slide 14 - Quiz

Aan de slag!
NU Burgerschap: Maak alle opdrachten
hoofdstuk 3.2: Vast, tijdelijk of zelfstandig?

Slide 15 - Slide

Opdracht 1
1.  Wat is een CAO?
2. Voor wie is een CAO bedoeld?
3. Kijk in de CAO en zoek op wat de maximale proeftijd die een werkgever mag toepassen.

Slide 16 - Slide

Opdracht 2
Maak een Word-bestand aan en  maak een tijdlijn van een typische werkweek, waarin je aangeeft wanneer je zou willen beginnen met werken, pauzeren en stoppen.

Slide 17 - Slide