Les 7 H7 5wisA

• Wiskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

klas 5 wiskunde A

les 7 H7 Kansrekening

lessonup

download de lessonup app

meld je aan bij je klas: klascode mmrww

vandaag

gemaakt: 44,45,46,47

bespreken 47?

uitleg 7.3B kleine steekproef uit een grote populatie

     voorbeeld opg 49

mk opg 52,53,54,55

wat valt je op?

10000 knikkers, 4000 rood , 6000 wit, je pakt er 2

zonder terugleggen

P(2 rood) = 

wat valt je op?

10000 knikkers, 4000 rood , 6000 wit, je pakt er 2

zonder terugleggen

P(2 rood) = 

​10000​​4000​​⋅​9999​​3999​​=0,15997599..

wat valt je op?

10000 knikkers, 4000 rood , 6000 wit, je pakt er 2

zonder terugleggen

P(2 rood) = 

met terugleggen

P(2 rood) = 

​10000​​4000​​⋅​9999​​3999​​=0,15997599..

wat valt je op?

10000 knikkers, 4000 rood , 6000 wit, je pakt er 2

zonder terugleggen

P(2 rood) = 

met terugleggen

P(2 rood) = 

​10000​​4000​​⋅​9999​​3999​​=0,15997599..

​10000​​4000​​⋅​10000​​4000​​=0,16

wat valt je op?

10000 knikkers, 4000 rood , 6000 wit, je pakt er 2

zonder terugleggen

P(2 rood) = 

met terugleggen

P(2 rood) =

Wat valt je op? 

​10000​​4000​​⋅​9999​​3999​​=0,15997599..

​10000​​4000​​⋅​10000​​4000​​=0,16

wat valt je op? conclusie

wat valt je op? conclusie

.

voorbeeld

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

a. P(minstens 2 lopen) = 

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

a. P(minstens 2 lopen) = 1 - P(0 lopen) - P(1 loopt) =

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

a. P(minstens 2 lopen) = 1 - P(0 lopen) - P(1 loopt) =

1−(0,05)​18​​−18⋅(0,18)​17​​(0,82)

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

a. P(minstens 2 lopen) = 1 - P(0 lopen) - P(1 loopt) =

b. P(4 of 5 fietsen) = P(4 fietsen) + P(5 fietsen) =

1−(0,05)​18​​−18⋅(0,18)​17​​(0,82)

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

a. P(minstens 2 lopen) = 1 - P(0 lopen) - P(1 loopt) =

b. P(4 of 5 fietsen) = P(4 fietsen) + P(5 fietsen) =

1−(0,05)​18​​−18⋅(0,18)​17​​(0,82)

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

c. P(12 met de auto en 2 met de fiets) = 

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

c. P(12 met de auto en 2 met de fiets) = 

d. 

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

c. P(12 met de auto en 2 met de fiets) = 

d. P(4 fietsend of lopend) =

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

c. P(12 met de auto en 2 met de fiets) = 

d. P(4 fietsend of lopend) =

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

e) P(tussen 40% en 60% met de auto) = 

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

e) P(tussen 40% en 60% met de auto) = 

     P( 8 of 9 of 10 met de auto) = 

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

e) P(tussen 40% en 60% met de auto) = 

     P( 8 of 9 of 10 met de auto) = 

opgave 45

Bereken de kans dat van deze 18 personen

e) P(tussen 40% en 60% met de auto) = 

     P( 8 of 9 of 10 met de auto) = 

f) P( f f f f f ......) = 

huiswerk

vrijdag: mk 52,53,54,55

weektaak 36/37:

mk opg 44,45,46,47 en

opg 52,53,54,55 en

opg 58,60,61,62

extra opg 50,51,59