Financiële zelfredzaamheid samenvatting H2

Bedrijfseconomie G4
H2

Financiële zelfredzaamheid
1 / 34
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Bedrijfseconomie G4
H2

Financiële zelfredzaamheid

Slide 1 - Slide

Leerdoelen

Na vandaag, 
(her)ken je en kan je:





Spoorboekje

  • Leenmotieven 
  • Kredietvormen/kosten
  • Hypotheek
  • Persoonlijke lening
  • Doorlopend krediet
  • Enkelvoudige interest
  • Samengestelde interest (SI)
  • Eindwaarde
  • Contante waarde





Slide 2 - Slide

Leenmotieven
* tijdelijk geldtekort
* aanschaf duurzaam 
   consumptiegoed, bijv. auto
* onverwachte  dringende 
   uitgave
* aankoop van een huis
   (= hypothecaire lening)

Slide 3 - Slide

Kredietvormen

Consumptief krediet (bank):

- Persoonlijke lening

- Doorlopend krediet

- (Salariskrediet)

Consumptief krediet (winkel):

- Koop op afbetaling

- Huurkoop


Slide 4 - Slide

Kredietkosten

Je leent € 2.000 en betaalt dit terug in 12 termijnen van € 180.

Bereken de kredietkosten!


12 x € 180       =            € 2.160

Lening was                  € 2.000

Kredietkosten            €      160

                                         

Slide 5 - Slide

Hypothecaire lening in een plaatje
1. Hypothecaire lening

Slide 6 - Slide

2. Persoonlijke lening

Slide 7 - Slide

3. Doorlopend krediet

Slide 8 - Slide

4. Kopen op afbetaling
  • Meteen eigenaar van het product en je betaalt het product in termijnen af

Slide 9 - Slide

Annuïteitenlening
  • Annuïteit = gelijkblijvend bedrag aan rente en aflossing
  • Je ziet dat ieder jaar de annuïteit hetzelfde blijft....
  • Alleen de samenstelling van de aflossing en rente veranderen
  • Hoe kan dat?
  • Excel bestandje bekijken: 

Slide 10 - Slide

Excel
Linkje
https://drive.google.com/open?id=1fKSMq9xqOMUkaa3VQ5_PcAMkMRy8hgD0

Slide 11 - Slide

Artikel NRC: te veel krediet CC ABN

Slide 12 - Slide

Tabellen lezen
Anouk leent een bedrag van € 3.000. Zij kiest ervoor om het bedrag in 2 jaar terug te betalen.
  1. Bereken hoeveel euro zij in totaal terug betaalt.
  2. Bereken hoeveel rente Anouk in totaal heeft betaald voor haar lening.
  3. Hoeveel euro bedraagt de totale aflossing van Anouk?


Slide 13 - Slide

Enkelvoudige interest
Bij enkelvoudige interest wordt alleen interest berekend over het beginkapitaal.

Slide 14 - Slide

Enkelvoudige of samengestelde interest

Slide 15 - Slide

Vul het juiste woord in:
bij een hypotheek is de rente ........ dan bij een consumptief krediet
A
hoger
B
lager

Slide 16 - Quiz

Wat is géén voorbeeld van consumptief krediet?
A
salariskrediet
B
persoonlijke lening
C
hypotheek
D
koop op afbetaling

Slide 17 - Quiz

Welke kredietvorm kun je afsluiten bij aankoop in een winkel of bij een internetbedrijf?
A
koop op afbetaling
B
huurkoop
C
hypotheek
D
doorlopend krediet

Slide 18 - Quiz

Vul het juiste woord in:
hoe langer de looptijd van een lening, des te .......... de kredietkosten
A
hoger
B
lager

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Opgaven uit het boek

Slide 25 - Slide

Welke formule moet je hiervoor gebruiken?
A
Formule voor enkelvoudige interest
B
Formule voor contante waarde
C
Geen formule
D
Formule voor eindwaarde

Slide 26 - Quiz

Voor hoeveel geld kan Shirley een auto kopen?

Slide 27 - Open question

Welke stappen moet je nemen om de opgave te kunnen oplossen?

Slide 28 - Open question

Los met behulp van de stappen van de vorige vraag de opgave op. Rente is 3% en oorspronkelijk had ze 10.000 euro

Slide 29 - Open question

Opgaven in LearnBeat
Kwartier in LearnBeat
Financiële zelfredzaamheid
timer
25:00

Slide 30 - Slide

Presenteren is te leren


Verdeling presentaties AEX Fondsen/Nieuwberichten ?
Wie is de Sjaak, volgende keer?

Slide 31 - Slide

Leerdoelen: check?
Leerdoelen afvinken?


Tot de volgende les!



Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide