1.4 Reactievergelijking molverhouding CORRECT

Reactievergelijkingen opstellen & molverhoudingen 

HAVO 4, paragraaf 1.4
Shriften, pennen & rekenmachines op tafel
Laptops (dicht)

1 / 23
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Reactievergelijkingen opstellen & molverhoudingen 

HAVO 4, paragraaf 1.4
Shriften, pennen & rekenmachines op tafel
Laptops (dicht)

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Je kan reactievergelijkingen opstellen
 Je kan uit de reactievergelijking de molverhouding afleiden

Slide 2 - Slide

Voorkennis
Reactiegeverlijkingen opstellen

Slide 3 - Slide

Wat is de reactievergelijking van het produceren van waterstof (H2) en zuurstof (O2) uit water (H20)?
A
2 H2 + O2 → 2 H2O
B
2 H2O → 2 H2 + O2
C
H2O → H2 + O2
D
2 H2O → H2 + O2

Slide 4 - Quiz

Wat is de reactievergelijking van het produceren van waterstof (H2) en zuurstof (O2) uit water (H2O)?
Water → Waterstof + zuurstof
 H2O →  H2 + O2
2 H2O → 2 H2 + O2

Slide 5 - Slide

Reactievergelijkingen Opstellen
1.  Reactieschema (met woorden) opstellen
2. Van reactieschema naar formules

3. Kloppend maken
4. Vereenvoudigen
(Kleinste verhouding, met gehele getallen)
5. Controleren

Slide 6 - Slide

Wat is een mol?

Slide 7 - Open question

Mol
 De eenheid voor chemische hoeveelheid
6,02214076 × 1023 deeltjes

Slide 8 - Slide

Wat denk je dat een molverhouding bij een chemische reactie is?

Slide 9 - Open question

Deeltjesverhouding
De verhouding waarin de deeltjes in een reactie reageren is altijd hetzelfde.
Fotosynthese: 
                                    =   6      :    6            :          1           :   6

Slide 10 - Slide

Molverhouding
De verhouding waarin de moleculen in een reactie reageren is altijd hetzelfde.
Fotosynthese: 
                                =   6 mol : 6 mol   :          1 mol      :   6 mol

Slide 11 - Slide

Molverhouding
= stoichiometrische verhouding  
De molverhouding waarin de beginstoffen met elkaar reageren en  reactieproducten ontstaan kun je afleiden uit de coëfficiënten in de reactievergelijking.


Noteer & leer

Slide 12 - Slide

Wat is de reactievergelijking van de verbranding van methaan?
Er ontstaat koolstofdioxide en waterdamp.
A
CH4 (g) + 4 O2 (g) -> CO2 + H2O (g)
B
CH4 (g) + O2 (g) -> CO2 + H2O (g)
C
CO2 + 2 H2O (g) -> CH4 (g) + 2 O2 (g)
D
CH4 (g) + 2 O2 (g) -> CO2 + 2 H2O (g)

Slide 13 - Quiz

Uitwerking
Methaan + zuurstof -> koolstofdioxide + water (damp)
CH4 (g) +  O2 (g) -> CO2 +  H2O (g)
Kloppend maken: CH4 (g) + 2 O2 (g) -> CO2 + 2 H2O (g)

Slide 14 - Slide

Wat is de molverhouding bij de verbranding van methaan?
Reactievergelijking:
CH4 (g) + 2 O2 (g) -> CO2 + 2 H2O (g)
A
0 : 2 : 0 : 2
B
1 : 2 : 2 : 2
C
1 : 2 : 1 : 2
D
1 : 1 : 1 : 1

Slide 15 - Quiz

Uitwerking


1 : 2 : 1 : 2 


Slide 16 - Slide

Bereken hoeveel mol zuurstof nodig is om 8 mol methaan te verbranden.
Reactievergelijking:
CH4 (g) + 2 O2 (g) -> CO2 + 2 H2O (g)
A
8 mol
B
16 mol
C
32 mol
D
4 mol

Slide 17 - Quiz

Uitwerking
CH4 (g) + 2 O2 (g) ->   CO2   + 2 H2O (g)
1 mol      :  2 mol        :   1 mol   :   2 mol
8 mol     :  ? mol

Dus 8 x 2 = 16 mol zuurstof nodig

Slide 18 - Slide

Hoe goed kun jij reactievergelijkingen opstellen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

Hoe goed kun je de molverhouding afleiden uit een gegeven reactievergelijking?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Hoe goed kun jij rekenen aan een reactie met behulp van de molverhouding?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Als je nog vragen hebt, noteer die dan hier.

Slide 22 - Open question

Eigenwerk
1.4: Blz. 41 en 42 lezen
Opgave 1 - reactievergelijkingen opstellen
Opgave 2 en 3 - reactievergelijking opstellen & molverhoudingen afleiden

Slide 23 - Slide