Elementen overhoring

symbool aluminium
A
Al
B
Ba
C
Ca
D
Cr
1 / 36
next
Slide 1: Quiz
Nask / BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

symbool aluminium
A
Al
B
Ba
C
Ca
D
Cr

Slide 1 - Quiz

Eerste 2 letters 
symbool baruim
A
Pt
B
Al
C
Mn
D
Ba

Slide 2 - Quiz

Eerste 2 letters
symbool calcium
A
Cl
B
Co
C
Ca
D
Cm

Slide 3 - Quiz

Eerste 2 letters
symbool chroom
A
Ch
B
Cr
C
Co
D
Cm

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

symbool goud
A
Ar
B
Go
C
Au
D
K

Slide 5 - Quiz

Goud is in het neo-latijn: Aurum.
Au zijn de eerste twee letters van Aurum.

Ezelsbrug: Als je goud op je tenen laat vallen. Doet dat zeer, je zegt dan Au.
symbool kalium
A
K
B
Ka
C
Kl
D
Ca

Slide 6 - Quiz

Eerste letter
symbool kobalt
A
Ca
B
Kb
C
Co
D
Ko

Slide 7 - Quiz

in het Neo-latijn is het Cobalt.
Eerste twee letters van Cobalt.
symbool koper
A
Cu
B
Co
C
Ko
D
Kp

Slide 8 - Quiz

Neo-latijn: Cuprum
eerste 2 letters van Cuprum
symbool kwik
A
Kw
B
Hg
C
Ki
D
Hi

Slide 9 - Quiz

Hartelijk gefeliciteerd kwik.
Hg
symbool lood
A
Pb
B
Lo
C
P
D
L

Slide 10 - Quiz

neo-latijn: Plumbum

Pb,
Mijn ezelsbrug:
Plumber crack, loodgieters bilspleet
Klemtoom op de dikgedrukte letters. vormen de letters van het symbool.
symbool magnesium
A
Ma
B
Ms
C
M
D
Mg

Slide 11 - Quiz

Mg, want Ma is geen element maar een persoon.
Dus Mg.
symbool natrium
A
Nt
B
N
C
Na
D
Nm

Slide 12 - Quiz

Na, eerste twee letters
symbool nikkel
A
N
B
Nk
C
Ni
D
Nl

Slide 13 - Quiz

Ni want eerste twee letters
symbool platina
A
Pl
B
Pt
C
P
D
Pa

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

symbool radium
A
R
B
Rd
C
Rm
D
Ra

Slide 15 - Quiz

Eerste twee letters
symbool tin
A
Ti
B
Tt
C
Sn
D
Tn

Slide 16 - Quiz

Neolatijn: Stannum

symbool titaan
A
Ti
B
Tt
C
Sn
D
Tn

Slide 17 - Quiz

eerste twee letters
symbool uraan
A
Ur
B
Na
C
U
D
Nu

Slide 18 - Quiz

eerste letter
symbool wolfraam
A
Wo
B
W
C
Su
D
Mn

Slide 19 - Quiz

eerste letter
symbool ijzer
A
Fe
B
IJz
C
R
D
Ra

Slide 20 - Quiz

Neo-latijn: Ferrum
eerste twee letters van Ferrum

symbool zilver
A
Au
B
Ag
C
Zi
D
Si

Slide 21 - Quiz

De familie die de weerwolf in Frankrijk dode, waren de Argents. 
Argentum (neolatijn) Argent (Frans) 
Ar is argon, dus Ag is zilver.

symbool zink
A
Zn
B
Z
C
Si
D
S

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

symbool argon
A
Ar
B
A
C
Ag
D
An

Slide 23 - Quiz

edelgassen hebben altijd twee letters.
Ar eerste twee.
symbool broom
A
Bo
B
B
C
Br
D
Om

Slide 24 - Quiz

eerste 2, want B is boor
symbool chloor
A
C
B
Cl
C
Gl
D
G

Slide 25 - Quiz

NaCl is natriumchloride, is keuken zout.
Cl is chloor.
symbool fluor
A
F
B
Fl
C
Fu
D
Q

Slide 26 - Quiz

eerste letter
symbool fosfor
A
P
B
Ph
C
F
D
Fo

Slide 27 - Quiz

Fosfor is in het neolatijn:
Phosphorus
Eerste letter
symbool helium
A
H
B
Hl
C
Hm
D
He

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

symbool jood
A
J
B
Jo
C
I
D
Io

Slide 29 - Quiz

Neolatijn: Iodium, eerste letter
symbool koolstof
A
K
B
Ko
C
C
D
Co

Slide 30 - Quiz

Koolstof, is carbon (zoals in carbon-fibers)
eerste letter van carbon
symbool neon
A
N
B
Ne
C
No
D
Nn

Slide 31 - Quiz

Neon is een edelgas, dus twee letters.
Eerste twee letters
symbool silicium
A
S
B
Sm
C
Sc
D
Si

Slide 32 - Quiz

Silicium, eerste twee letters
symbool stikstof
A
N
B
Ni
C
S
D
St

Slide 33 - Quiz

Stikstof is het element voor nitro (op autos). Nitro begint met een N.
Nitrogenium (neolatijn)

symbool waterstof
A
W
B
H
C
He
D
Hl

Slide 34 - Quiz

Waterstof (hydrogenium)
eerste letter, eerste symbool.
symbool zuurstof
A
Zu
B
Z
C
Or
D
O

Slide 35 - Quiz

Symbool O, Oxygenium.
eerste letter
symbool zwavel
A
Zw
B
Z
C
S
D
Su

Slide 36 - Quiz

zwafel in het neolatijn is Sulfium.

eerste Letter.