This lesson contains 14 slides, with interactive quiz, text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
H2 Celkern
2.5 De celkern
Slide 1 - Slide
Planning
- Herhaling vorige basisstoffen
- Chromosomen
- DNA
- Afsluiting
Slide 2 - Slide
Aan het einde van de les...
- Kun je uitleggen wat chromosomen zijn en waar je deze kunt vinden;
- Ken je de functie van DNA.
Slide 3 - Slide
Noem een verschil tussen een dierlijke cel en een plantaardige cel. Leg ook uit waarom de gekozen organel wel bij planten voorkomt, maar niet bij dieren.
Slide 4 - Open question
Plantaardige en dierlijke cellen
Slide 5 - Slide
Plantaardige en dierlijke cellen
Slide 6 - Slide
De celkern
Bevat chromosomen, die regelen alles in de cel.
Chromosomen
Lange dunne draden in de celkern dat voor een groot deel bestaat uit DNA.
Slide 7 - Slide
DNA
Hierin zitten al je erfelijke eigenschappen.
Oogkleur
Haarkleur
Vorm oren
Geslacht
Haar type (krul, stijl etc)
En nog veel meer....
Erfelijke eigenschappen
Eigenschappen die je van je ouders hebt gekregen.
Of je lactose kunt verteren
Slide 8 - Slide
Vier letters, duizenden eigenschappen...
Je DNA bestaat uit A, T, G en C, deze komen alleen in paren voor (A+T of C+G) > Basenparen. Elk stukje DNA heeft een bepaalde eigenschap (een gen), zoals je oogkleur.
>Een mens heeft 3.200.000.000 basenparen
Slide 9 - Slide
De celkern
Bevat chromosomen, die regelen alles in de cel.
Chromosomen
Lange dunne draden in de celkern dat voor een groot deel bestaat uit DNA.