H3.1 Lineair of niet + H3.2 Lineair grafiek bij formule

                              Welkom Introductie 
H3.1  Punten en lijngrafiek
Maak blz 125   9 t/m 13 + 15 + 16 + 19 +20 + 23  
Leg bladzijde 125 voor je open!
1 / 32
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

                              Welkom Introductie 
H3.1  Punten en lijngrafiek
Maak blz 125   9 t/m 13 + 15 + 16 + 19 +20 + 23  
Leg bladzijde 125 voor je open!

Slide 1 - Slide

Lesdoelen H3
  • Je leert verschil punten-en lineair grafiek 
  • Je leert aan de hand van een formule een grafiek te maken. 
  • Je leert een assenstelsel te tekenen waarin de grafiek gemaakt wordt. 
  • Je leert rekenen met formules
  • Je leert formules maken bij horizontale en verticale lijnen.
  • Je leert  bijzondere lijnen te herkennen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Exit H3 Voorkennis

Slide 4 - Slide

Terugblik.

Wat is waar?
A
Grafieken teken je met potlood.
B
Achter het antwoord moet je zetten wat het is. Bijv. cm.
C
Een vloeiende lijn teken je zonder geodriehoek.
D
Je moet altijd een lijn door de punten tekenen, want dat is de grafiek.

Slide 5 - Quiz

Wat is de somformule
die hoort bij formules
A en B?
A
b = 6a + 4
B
b = 10 a + 4
C
b = -6a -4
D
b=10a2+4

Slide 6 - Quiz

Hoeveel punten moet je minimaal berekenen om een grafiek te tekenen?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quiz

Bij een tabel kun je een ............. tekenen.
A
coördinaten
B
assenstelsel
C
grafiek
D
tabel

Slide 8 - Quiz

De laatste stap om de grafiek te tekenen is......
A
een vloeiende lijn door de punten tekenen.
B
de punten verbinden met je geodriehoek.

Slide 9 - Quiz

Bij een lineair verband kun je altijd een grafiek tekenen.

De grafiek heeft altijd ........
A
een kromme lijn
B
een rechte lijn

Slide 10 - Quiz

Als je bij deze tabel een grafiek zou tekenen, wat voor grafiek zou dit worden?
A
stijgend
B
dalend
C
lineair stijgend
D
lineair dalend

Slide 11 - Quiz

Bij een lineair verband kun je een grafiek tekenen.
Je herkent de daarbij behorende tabel door:
A
een gelijkmatige toename
B
een gelijkmatige afname
C
een gelijkmatige toename of afname
D
Je kunt dit niet zien in de tabel

Slide 12 - Quiz

Om een grafiek bij een lineaire formule te tekenen.....
A
Bereken je minstens vijf coördinaten
B
Heb je altijd een passer nodig
C
Teken je een rechte lijn door de oorsprong
D
Bereken je minstens twee coördinaten

Slide 13 - Quiz

Met een formule kun je voor dames de schoenmaat uit-rekenen als je de voetlengte weet. Die formule is
Hierbij is v de voetlengte in centimeter en is s de schoenmaat.
Voor Marit geldt dat v = 20. Welke schoenmaat heeft ze?

Slide 14 - Open question

Puntengrafiek
Tussenruimte tussen de punten heeft geen betekenis
bijv. het aantal kano's dat je moet huren bij een klasseuitje. Dit kunnen alleen maar hele kano's zijn.

Hiernaast: je kunt niet een half glas bestellen. 
De getallen 1,2 en 3,7 hebben geen betekenis 
als het om glazen gaat.
Een puntengrafiek gebruik je als alleen hele waarden kunnen voorkomen

Slide 15 - Slide

Lijngrafiek
Elk punt op de grafiek heeft een betekenis. 
Met behulp van allerlei formules kun je elke waarde berekenen. In het voorbeeld zie je een grafiek 
lineaire formule (rechte lijn) 
kwadratische formule (parabool).
Een lijngrafiek gebruik je als 
alle waarden kunnen voorkomen

Slide 16 - Slide

Welke soort grafiek?

Aantal zaadjes in het klokhuis van een appel in een kist van 10 kilo appels.
A
Puntengrafiek
B
Lijngrafiek

Slide 17 - Quiz

Welke soort grafiek?

De temperatuur in DeBilt gedurende één dag.
A
Puntengrafiek
B
Lijngrafiek

Slide 18 - Quiz

H1 Formules en grafieken

Slide 19 - Slide

Omdat de y-coördinaten van de blauwe lijn steeds 1 zijn, is de formule van deze blauwe lijn:  


Omdat de x-coördinaten van de rode lijn steeds -2 zijn, is de formule van de rode lijn:
y=1
x=2

Slide 20 - Slide

De x-coördinaten van de rode lijn zijn steeds ……..?
A
1
B
2
C
-2
D
3

Slide 21 - Quiz

Wat is de formule van de gele lijn?
A
x = 2
B
y = 2
C
x = -2
D
y = -2

Slide 22 - Quiz

Welke soort grafiek?

Het aantal huisdieren per huis in één straat.
A
Puntengrafiek
B
Lijngrafiek

Slide 23 - Quiz

De y-coördinaten op de blauwe lijn zijn steeds.....?
A
1
B
-2
C
2
D
3

Slide 24 - Quiz

Wat is de formule van de groene lijn?
A
x = 16
B
y = 16

Slide 25 - Quiz

Welke soort grafiek?

De lengte van een plantje gedurende 2 weken
A
Puntengrafiek
B
Lijngrafiek

Slide 26 - Quiz

Maak van alle onderdelen en bestaande formule
Vertical as
Begingetal
r.c.
=
+
x
Horizontale as

Slide 27 - Drag question

Marja kan het aantal 1 euromunten berekenen met de formule (gewicht - 60) : 7,5
Vul de tabel in door de juiste antwoorden te slepen
0
8
56
120
246
1897
952
9472

Slide 28 - Drag question

Sleep de formule naar de juiste tabel

1.    k = 45 + 25 x u
2.  s = 25 - 3 x r 
3   b = 22 - a x a 

Slide 29 - Drag question

Weet je het nog?
H3.1 maak opgaven in de klas
 van een formule een tabel maken (lineair)
 assenstelsel, stapgrootte, lineaire grafiek 
 assenstelsel tekenen met coördinaten.
 formule maken met startgetal en  hellingsgetal.  


Slide 30 - Slide

Lesdoelen H3
  • Je weet verschil punten-en lineair grafiek 
  • Je weet aan de hand van een formule een grafiek te maken. 
  • Je weet een assenstelsel te tekenen waarin de grafiek gemaakt wordt. 
  • Je weet rekenen met formules
  • Je weet formules maken bij horizontale en verticale lijnen.
  • Je weet  bijzondere lijnen te herkennen

Slide 31 - Slide

Maak H3.1
                              
Maak blz 125   9 t/m 13 + 15 + 16 + 19 +20 + 23  

Slide 32 - Slide