17-12-2024: herhaling leerjaar 1 + tekstverbanden

Aan het eind van deze week:
- Weet je wat je in leerjaar 1 bij het onderdeel "lezen" hebt gehad;
- weet je wat stellingen, argumenten en standpunten zijn; 
- weet je wat een inleiding en slot is. 

Leesboek mee?!

1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Aan het eind van deze week:
- Weet je wat je in leerjaar 1 bij het onderdeel "lezen" hebt gehad;
- weet je wat stellingen, argumenten en standpunten zijn; 
- weet je wat een inleiding en slot is. 

Leesboek mee?!

Slide 1 - Slide

Aan de slag
Toets lezen 2hv

We gaan 30 minuten in stilte aan de slag. 
Ben je klaar? Lezen!

Slide 2 - Slide

Welk soort tekstverband zie je hier?

Ik ging douchen, nadat ik had gesport
A
Oorzakelijk verband
B
Doel-middel verband
C
Chronologisch verband

Slide 3 - Quiz

Sleep de signaalwoorden naar de bijbehorende tekstverbanden.
Let op: leer de tekstverbanden goed 
opsommend
tegenstellend
tijdsvolgorde 
oorzaak-gevolg
toelichtend / voorbeeld
redengevend
voorwaardelijk
een andere
hoewel
voordat
hierdoor
bijvoorbeeld
tenzij
namelijk
want
als
toch
daarnaast
zoals bij
zodat
totdat
echter
indien

Slide 4 - Drag question

Welk verband herken je in de volgende zin:

Om de eindronde te bereiken zullen we de komende twee wedstrijden echt moeten winnen.
A
Doel-middel
B
Oorzakelijk verband
C
Redengeven verband
D
Vergelijkend verband

Slide 5 - Quiz

Tot welk verband hoort het signaalwoord 'om...te'?
A
Voorwaardelijk verband
B
Redengevend verband
C
Opsommend verband
D
Doel-middel verband

Slide 6 - Quiz

opsommend tekstverband
concluderend tekstverband
tegenstellend tekstverband
redengevend tekstverband
uitleggend/voorbeeldgevend tekstverband
oorzaak-gevolg tekstverband
samenvattend tekstverband
dus
en
toch
zodat
zoals
maar
kortom
daarom
vervolgens
immers
daarentegen
niet alleen...maar ook
dan ook
alles bij elkaar
dat wil zeggen
want

Slide 7 - Drag question

Bij welk verband hoort het signaalwoord 'ook'?
A
Opsommend verband
B
Chronologisch verband
C
Vergelijkend verband
D
Redengevend verband

Slide 8 - Quiz


Vergelijkend verband
A
Ik wil net als mijn vader later piloot worden!
B
Morgen ben ik jarig en ga ik zwemmen . Daarna gaan we frietjes eten.
C
Ik heb geen zin in het weekend, want ik moet huiswerk maken.
D
Ik ben eet vegetarisch, omdat ik een dierenvriend ben.

Slide 9 - Quiz

Bij welk verband hoort het signaalwoord 'bovendien'?
A
Opsommend verband
B
Uitleggend verband
C
Tegenstellend verband
D
Redengevend verband

Slide 10 - Quiz

Bij welk verband hoort het signaalwoord 'maar'?
A
Opsommend verband
B
Uitleggend verband
C
Tegenstellend verband
D
Redengevend verband

Slide 11 - Quiz

Opsommend tekstverband
Tijdsvolgorde
Tegenstellend tekstverband
Concluderend tekstverband
Samenvattend tekstverband
Oorzaak/gevolg

Slide 12 - Drag question

Tekstverbanden:

Concluderend

Redengevend

Tegenstellend

Opsommend
timer
1:00
toch
en
nog
maar
dus
want
concluderend
omdat

Slide 13 - Drag question

Dus dit was de herhaling over tekstverbanden.
Wat is het tekstverband?
A
Tegenstellend verband
B
Uitleggend verband
C
Concluderend verband
D
Samenvattend verband

Slide 14 - Quiz

Ken je nu:
- De herhaling van leerjaar 2 hv? 
- De verschillende tekstverbanden van vorig jaar?
- Een inleiding en slot? 










Huiswerk: 
  • Eindtoets lezen 2hv

Slide 15 - Slide