Grote Getallen

1 / 17
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Startklaar
  • Op je plek zitten
  • Telefoon in het Zakkie
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, potlood, gum 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  1. Ik kan de waarde van een cijfer in een getal opnoemen
  2. Ik kan het verschil tussen een cijfer en getal uitleggen
  3. Ik kan een getal in woorden opschrijven
  4. Ik kan voor 20 minuten lang in stilte werken. 


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Werken aan de Paragrafen
Pak de studiewijzer erbij en ga verder met de volgende paragraaf. 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Getallen en Cijfers

Slide 6 - Slide

Vraag: 
Is er iemand die deze getallen gebruikt?
Een leuk momentje om in te gaan op een multiculturele samenleving. 


Getallen en Cijfers
Een cijfer is een symbool voor een hoeveelheid
Een getal is een combinatie van cijfers die samen een waarde hebben. 

Slide 7 - Slide

Filmpje als naslagwerk voor de leerling. Docent maakt gebruik van de stille leraar om verdeeldeaandachts- en redundantietie-effecten te minimaliseren. Docent werkt de opgave in stilte uit, bouwt pauzes in op momenten die cruciaal zijn voor de opgave. Leerling kijkt in stilte naar de uitwerking.


Uit hoeveel cijfers bestaat dit getal:
307,228
A
3
B
5
C
6
D
22

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

Kan de leerlingen een moment geven om dit schema over te schrijven in hun schrift. 
Getallenwaarde

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

2.983.546,107
In het getal hierboven is de waarde van de cijfer 5 gelijk aan 500.
waar
onwaar

Slide 11 - Poll

This item has no instructions

2.983.546,107
Geef de positienaam van de cijfer 8 in het getal hierboven.
A
Miljoen(M)
B
Honderdduizend(HD)
C
Tienduizend(TD)
D
Honderd(H)

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

3
2
7
6
5 ,
  1)     Schrijf dit getal op in woorden
 2)     Schrijf de waarde op van elk cijfer in dit getal 
Opgave

Slide 13 - Slide

Uitwerken op whiteboard:
2H = 200
7T = 70
5E = 5
3t = 0,3
6h = 0,06
Los de opgave op papier op en
noteer het antwoord in LessonUp
580,37

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Paragraaf Toets

Slide 15 - Slide

This item has no instructions


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions