Hoofdstuk 14.3 Aandrijven en tegenwerken

H14: Kracht en beweging


  • § 14.1 Eenparige beweging
  • § 14.2 Versnellen en vertragen

  • § 14.3 Aandrijven en tegenwerken
  • § 14.4 Veiligheid in het verkeer
1 / 37
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H14: Kracht en beweging


  • § 14.1 Eenparige beweging
  • § 14.2 Versnellen en vertragen

  • § 14.3 Aandrijven en tegenwerken
  • § 14.4 Veiligheid in het verkeer

Slide 1 - Slide

Aandrijven en tegenwerken
§3

Slide 2 - Slide

Lesprogramma
  1. Huiswerk controle
  2. Voorkennis/Terugblik
  3. Leerdoelen
  4. Instructie (uitleg)
  5. Huiswerk
  6. Afsluiting 

Slide 3 - Slide

Over welke opgaven van
het huiswerk zijn er vragen?

Slide 4 - Mind map

Terugblik
  1. Je kunt berekeningen maken met de gemiddelde snelheid, de afgelegde weg en de tijd.
  2. Je kunt in een (s,t)-diagram en in een (v,t)-diagram versnelde en vertraagde bewegingen herkennen.
  3. Je kunt beschrijven wat een eenparig versnelde beweging en een eenparig vertraagde beweging is.
  4. Je kunt de afstand berekenen die tijdens een eenparig versnelde en een eenparig vertraagde beweging is afgelegd.

Slide 5 - Slide

Leerdoelen 14.3
  1. Je kunt aandrijfkrachten en tegenwerkende krachten op een bewegend voorwerp onderscheiden.
  2. Je kunt de nettokracht samenstellen van krachten die langs een lijn werken.
  3. Je kunt de soort beweging van een voorwerp beredeneren aan de hand van de nettokracht die op dat voorwerp werkt.
  4. Je kunt het begrip traagheid beschrijven.

Slide 6 - Slide

Vraag
  • Waarom vliegen vliegtuigen liever met de wind mee dan er tegenin?

Slide 7 - Slide

Vraag
  • Waarom vliegen vliegtuigen liever met de wind mee dan er tegenin?
  • Wind kan meehelpen aan de snelheidminder brandstofvoordeel !

Slide 8 - Slide

Belangrijke krachten

Slide 9 - Slide

Belangrijke krachten
Aandrijvende krachten

Slide 10 - Slide

Belangrijke krachten
Aandrijvende krachten
Tegenwerkende krachten

Slide 11 - Slide

Belangrijke krachten
Aandrijvende krachten
Tegenwerkende krachten
Luchtwrijving

Slide 12 - Slide

Belangrijke krachten
Aandrijvende / voorstuwende krachten
Tegenwerkende krachten
Luchtwrijving
Rolwrijving

Slide 13 - Slide

Dus

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Concorde
A380

Slide 16 - Slide

motoren

Slide 17 - Slide

Windtunnel
Testen

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Krachten op een voertuig
Soms in evenwicht, soms niet

Slide 22 - Slide

4 krachten op een auto + de nettokracht

Slide 23 - Slide

Resultante is ook 0N wanneer de auto een eenparige beweging maakt!

Slide 24 - Slide

De nettokracht
  • Zal de richting bepalen waarin het vaartuig zich zal bewegen. *
  • De nettokracht kan 0N zijn (stilstaan of eenparige beweging).

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

De nettokracht zal de richting bepalen waarin het vaartuig zich zal bewegen en kan een vaartuig ook van richting doen veranderen.

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

We bekijken een stukje video
  • Let goed op de stoel en de persoon die erop zit.

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

1ste wet van Newton
  • Een voorwerp dat in rust is, wil in rust blijven.
  • Een voorwerp dat in beweging is, wil in beweging blijven.
  • Vasthouden in een bus die versnelt / vertraagt !
  • In je stoel geduwd worden in een 8-baan. *
  • TRAAGHEID

Slide 33 - Slide

Aan de slag!
Basis:
Maken opdrachten van 12.3

Kader:
Maken opdrachten van paragraaf 14.3 

Slide 34 - Slide

Welke 3 dingen heb jij deze les geleerd?

Slide 35 - Mind map

Waar wil je nog extra uitleg over?

Slide 36 - Mind map

Afsluiting: we weten.................
  1. Je kunt aandrijfkrachten en tegenwerkende krachten op een bewegend voorwerp onderscheiden.
  2. Je kunt de nettokracht samenstellen van krachten die langs een lijn werken.
  3. Je kunt de soort beweging van een voorwerp beredeneren aan de hand van de nettokracht die op dat voorwerp werkt.
  4. Je kunt het begrip traagheid beschrijven.

Slide 37 - Slide