Chapitre 1, grammaire D (oefening)

kt-1 chapitre 1, grammaire D
Werkwijze:
In deze LessonUp kan je het grammatica-onderdeel lidwoorden oefenen.
Wel handig, niet verplicht.

Het is een goede oefening om te kijken of je dit beheerst.
Loop alles slide voor slide door, en stel je vragen de volgende les als je iets nog niet snapt. Succes!
1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

kt-1 chapitre 1, grammaire D
Werkwijze:
In deze LessonUp kan je het grammatica-onderdeel lidwoorden oefenen.
Wel handig, niet verplicht.

Het is een goede oefening om te kijken of je dit beheerst.
Loop alles slide voor slide door, en stel je vragen de volgende les als je iets nog niet snapt. Succes!

Slide 1 - Slide

Répéter:
chapitre 1, grammaire D
Een aantal vragen (probeer deze antwoorden eerst op te schrijven):

- Over welk grammatica-onderdeel hebben we het de vorige keer gehad?

- Welke 2 groepen bestaan er?

- Welke vormen staan er in elke groep?

- Welk woord heeft in het Nederlands geen betekenis?

Slide 2 - Slide

Répéter:
grammaire D
Dit grammatica-onderdeel gaat het over het lidwoord.

In het Frans heb je mannelijke en vrouwelijke zelfstandige naamwoorden.

Om te kunnen zien of een woord mannelijk of vrouwelijk is, kan je kijken naar het lidwoord.

Slide 3 - Slide

Grammaire D:
de/het-groep

Slide 4 - Slide

Grammaire D:
een-groep

Slide 5 - Slide

Grammaire D:
meervoud
Om een zelfstandig naamwoord in het meervoud te zetten, moet je 2 stappen volgen.

Stap 1: zet het lidwoord in het meervoud.
le/la/l'   --> les
un/une   --> des

Stap 2: zet een -s achter het zelfstandig naamwoord. Deze -s spreken we niet uit :)!

Slide 6 - Slide

Grammaire D:
betekenissen
De/het:   le/la/l’/les

Een: un/une

Geen betekenis: des!

Voorbeeld:
La fille: het meisje    Une fille: een meisje
Les filles: de meisjes Des filles: meisjes

Slide 7 - Slide

Zijn er nog vragen?
Wie heeft er nog een vraag over het lidwoord in het Frans?

Nu is het moment om de vragen te stellen, anders kan je dit onderdeel oefenen!

Slide 8 - Slide


Vul in: un of une
le prof --> ___ prof

Slide 9 - Open question


Vul in: un of une
la famille --> ____ famille

Slide 10 - Open question


Vul in: un of une
le numéro --> ___ numéro.

Slide 11 - Open question


Vul in: un of une.
la mère --> ___ mère

Slide 12 - Open question