Materniteit (cyclus/zwangere/placenta)

Welke hormonen (uitgescheiden door hypofyse) regelen de menstruele cyclus?
A
FSH en LH
B
adrenaline
C
morfine
D
HCG
1 / 10
next
Slide 1: Quiz
VerpleegkundeHoger onderwijs

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Welke hormonen (uitgescheiden door hypofyse) regelen de menstruele cyclus?
A
FSH en LH
B
adrenaline
C
morfine
D
HCG

Slide 1 - Quiz

Op de hoeveelste dag van de menstruatiecyclus start de menstruatie?
A
Dag 15
B
Dag 28
C
Dag 14
D
Dag 1

Slide 2 - Quiz

Marie heeft een cyclus van 30 dagen. Hoeveel dagen zitten er tussen haar ovulatie en volgende menstruatie?
A
15
B
12
C
14
D
16

Slide 3 - Quiz

Anke is 14 jaar.
Vandaag heeft ze voor de allereerste keer
haar menstruatie. Wanneer was haar allereerste ovulatie?
A
11 Maart
B
28 Maart
C
15 Maart
D
12 Maart

Slide 4 - Quiz

Wat is de placentabarrière?
A
Deel waar navelstreng en placenta samenkomen
B
Scheiding tussen moederlijke en foetale deel van placenta
C
Plek waar placenta ingenesteld zit in baarmoeder
D
De vliezen van de vruchtzak

Slide 5 - Quiz

Welke stellingen zijn juist?
A
Foetale slagaders bevatten zuurstofrijk bloed
B
Foetale slagaders bevatten zuurstofarm bloed

Slide 6 - Quiz

Wat gebeurd er bij ICSI?
A
Sperma wordt via fijne katheter in baarmoeder gebracht op moment van eisprong
B
Zaadcel wordt in eicel geïnjecteerd. Zaadcel staat zelf niet in voor bevruchting
C
Eicel en zaadcel worden in labo samengebracht en zorgen zelf voor bevruchting

Slide 7 - Quiz

Hoe ontstaat een identieke tweeling?
A
Bij de ovulatie komen 2 eicellen vrij die beide bevrucht raken
B
Ontstaan uit de bevruchting van één eicel door één zaadcel, waarna de eicel zich splitst

Slide 8 - Quiz

Meereiïge meerlingen hebben:
A
Hetzelfde erfelijk materiaal (DNA)
B
Verschillend erfelijk materiaal (DNA)

Slide 9 - Quiz

Hoe ontstaat een siamese tweeling?
A
Een bevruchte eicel splits zich onvolledig
B
Een bevruchte eicel splitst zich te laat

Slide 10 - Quiz