What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
NOVA H1 §4 - De basis voor "Rekenen aan reacties" (werken met mol)
De mol
basis over de mol, toepassen basiskennis rekenen
1 / 34
next
Slide 1:
Slide
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
This lesson contains
34 slides
, with
interactive quizzes
,
text slide
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
De mol
basis over de mol, toepassen basiskennis rekenen
Slide 1 - Slide
Wat moet op de open plekken worden ingevuld?
: rho
x N
A
Rekenen met rekendriehoeken kan ook helpen bij het sneller onder de knie krijgen van het rekenen aan reacties maar het is maar een truckje.
: M
massa
: N
A
x M
aantal deeltjes
eenheid mol
chemische hoeveelheid
volume
Slide 2 - Drag question
De
molaire massa
is de massa van...
A
...één molecuul
B
...heel veel moleculen
C
...van individuele atomen in een molecuul
D
...van 1,00 mol moleculen
Slide 3 - Quiz
Hoeveel
significante cijfers
bevat
het volgende getal: 0,1023x10
3
A
1
B
4
C
5
D
7
Slide 4 - Quiz
Welk voorvoegsel hoort bij
10
-6
?
A
milli
B
micro
C
mega
D
nano
Slide 5 - Quiz
Wat moet op de open plekken worden ingevuld?
Rekenen met rekendriehoeken kan helpen bij het sneller onder de knie krijgen van het rekenen aan reacties maar het is maar een truckje.
___________
X
n
M
m
mol
gram
rho
V
gram/mol
Slide 6 - Drag question
Hoeveel mol komt overeen met
8,02 gram methaan?
A
1,00 mol
B
0,500 mol
C
0,750 mol
D
2,00 mol
Slide 7 - Quiz
Welk gegeven heb je nodig om een volume om te rekenen naar massa?
A
constante van Avogadro
B
dichtheid
C
molariteit
D
molaire massa
Slide 8 - Quiz
Met hoeveel deeltjes komt 1,00 mol overeen?
A
1
B
molecuulmassa in u
C
ontelbaar aantal deeltjes
D
constante van Avogadro
Slide 9 - Quiz
Wat is de eenheid van
chemische hoeveelheid
?
A
mol
B
gram/mol
C
u
D
gram
Slide 10 - Quiz
Welk voorvoegsel hoort bij
10
-9
?
A
milli
B
micro
C
mega
D
nano
Slide 11 - Quiz
Welk gegeven heb je nodig om een hoeveelheid mol om te rekenen naar het aantal deeltjes?
A
constante van Avogadro
B
dichtheid
C
molariteit
D
molaire massa
Slide 12 - Quiz
Wat moet op de open plekken worden ingevuld?
___________
X
N
A
Rekenen met rekendriehoeken kan helpen bij het sneller onder de knie krijgen van het rekenen aan reacties maar het is maar een truckje.
M
mol
N
deeltjes
n
V
deeltjes per mol
Slide 13 - Drag question
Waar in binas kan je de waarde van
de
constante van Avogadro
vinden?
A
3B
B
7A
C
38A
D
99
Slide 14 - Quiz
Stel je rekent een hoeveelheid gram stof om
naar de chemische hoeveelheid.
Kijkend naar het eindantwoord, op welk
niveau
werk je dan?
A
micro
B
meso
C
macro
Slide 15 - Quiz
Wel woord moet je op de open plek invullen?
Een ...... is een gegeven dat meetbaar is.
A
eenheid
B
grootheid
C
afgeleide eenheid
D
SI-eenheid
Slide 16 - Quiz
Welke
gemeten waarde
is het nauwkeurigst:
20,34 cm of 304 mm
A
20,34 cm
B
304 mm
C
beide waardes
D
geen van de waardes
Slide 17 - Quiz
Welk voorvoegsel hoort bij
10
6
?
A
milli
B
micro
C
mega
D
nano
Slide 18 - Quiz
Hoeveel millimol komt overeen met 1,2 mol?
A
0,0012
B
1200000
C
1200
D
0,0000012
Slide 19 - Quiz
Welk gegeven heb je nodig om een massa om te rekenen naar mol?
A
constante van Avogadro
B
dichtheid
C
molariteit
D
molaire massa
Slide 20 - Quiz
Welk getal beschrijft de relatie tussen atomen & moleculen op microniveau en de mol op het macroniveau?
A
constante van Avogadro
B
dichtheid
C
molariteit
D
molaire massa
Slide 21 - Quiz
De molecuulmassa in u en de molaire massa in gram zijn in getalswaarde gelijk.
A
Ja
B
Nee
Slide 22 - Quiz
De molaire massa van bariumchloride (BaCl
2
) is?
A
90,0 g/mol
B
403,11 g/mol
C
276,21 g/mol
D
208,2 g/mol
Slide 23 - Quiz
(NaCl in overmaat)
CaCO3 + 2 NaCl --> Na2CO3 + CaCl2
Met welke stof moet je nu dus gaan rekenen?
timer
0:20
Slide 24 - Open question
Zet het stappenplan 'rekenen aan reacties' in de juiste volgorde.
Stap 0
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Stap 6
Stel de reactievergelijking op
Controleer ALLES
Reken de gegeven stof om naar aantal mol
Noteer wat is gegeven en wat is gevraagd
Reken de gevraagde stof om naar de gevraagde eenheid
Bereken het aantal mol gevraagde stof
Leid de molverhouding af
Slide 25 - Drag question
de mol...
A
is een constante
B
is een vast aantal
C
zegt iets over de massa
D
zegt iets over de dichtheid
Slide 26 - Quiz
De molaire massa van Na2O is
61,979 g/mol.
Hoeveel mol is 64 g?
A
0,97 mol
B
1,0 mol
C
1,6*10^2 mol
D
4,0*10^3 mol
Slide 27 - Quiz
Wat bevat meer moleculen, 2 mol CH4 of 2 mol H2O?
A
CH4
B
H2O
C
Beiden even veel
D
Beiden even weinig
Slide 28 - Quiz
Hoeveel mol waterstof zit er in 1 mol water?
timer
1:00
A
6,02*10^23
B
2
C
1
D
1,66*10^27
Slide 29 - Quiz
De molaire massa van glucose (C6H12O6) is 180,16 g/mol.
Hoeveel mol is 550g?
A
0,323 mol
B
3,05 mol
C
9,91 mol
D
9,91*10^4mol
Slide 30 - Quiz
Er moet dus 2,45 mol N2 ontstaan.
Hoeveel mol NaN3 is er dan nodig?
A
2 mol NaN3
B
2/3 mol NaN3
C
2,45 : 3 x 2 = 1,63 mol NaN3
D
2,45 : 2 x 3 = 3,68 mol NaN3
Slide 31 - Quiz
Slide 32 - Video
Hoevel mol is 4,4 g koolstofdioxide?
A
4,4 mol
B
10,0 mol
C
194 mol
D
0,10 mol
Slide 33 - Quiz
Een mol water is ... watermoleculen.
A
10^23
B
6
C
6*10^23
D
12
Slide 34 - Quiz
More lessons like this
HV4 De mol
August 2022
- Lesson with
23 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
Molrekenen
April 2023
- Lesson with
28 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
Molrekenen
November 2022
- Lesson with
28 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
chemisch rekenen
December 2022
- Lesson with
22 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
5H Herhalingsles chemisch rekenen P1
September 2023
- Lesson with
24 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
Herhaling chemisch rekenen
March 2022
- Lesson with
12 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4,5
Herhaling chemisch rekenen
June 2024
- Lesson with
12 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4,5
Herhaling chemisch rekenen
September 2024
- Lesson with
12 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4,5