De ziekte van Parkinson: Oorzaken en Gevolgen

De ziekte van Parkinson: Oorzaken en Gevolgen
1 / 11
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De ziekte van Parkinson: Oorzaken en Gevolgen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je de mogelijke oorzaken van de ziekte van Parkinson beschrijven.
Aan het einde van de les kun je de gevolgen van de ziekte van Parkinson voor patiënten uitleggen.
Aan het einde van de les kun je de verspreiding van Parkinson over verschillende bevolkingsgroepen analyseren.
Aan het einde van de les kun je de relatie tussen landbouwvergiften en de ziekte van Parkinson bespreken.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over de ziekte van Parkinson?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Oorzaken van de ziekte van Parkinson
De ziekte van Parkinson is een progressieve neurologische aandoening.
Oorzaken zijn niet volledig begrepen, maar genetische aanleg en omgevingsfactoren spelen een rol.
Mogelijke link met blootstelling aan landbouwvergiften.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Gevolgen van de ziekte van Parkinson
Parkinson veroorzaakt motorische en niet-motorische symptomen.
Variërend van trillen, stijfheid en bewegingsproblemen tot depressie en cognitieve achteruitgang.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Verspreiding van Parkinson
Waargenomen verspreiding van Parkinson onder diverse bevolkingsgroepen.
Onderzoek suggereert mogelijke link met blootstelling aan landbouwvergiften.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Relatie tussen landbouwvergiften en Parkinson
Recent onderzoek suggereert een mogelijke link tussen blootstelling aan landbouwvergiften en Parkinson.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Definitielijst
Parkinson: Een progressieve neurologische aandoening die voornamelijk motorische functies aantast, maar ook niet-motorische symptomen kan hebben.
Neurologische aandoening: Een ziekte die het zenuwstelsel betreft, inclusief de hersenen en zenuwen.
Motorische symptomen: Fysieke problemen met beweging, zoals trillen, stijfheid en bradykinesie (vertraagde beweging).
Niet-motorische symptomen: Problemen die niet direct met beweging te maken hebben, zoals cognitieve achteruitgang of stemmingsstoornissen.
Genetische aanleg: De voorbestemdheid om een ziekte te ontwikkelen op basis van iemands genetica.
Omgevingsfactoren: Externe invloeden uit de omgeving die kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van ziekten.
Landbouwvergiften: Chemische stoffen die in de landbouw worden gebruikt om plagen en ziekten te bestrijden, maar die schadelijk kunnen zijn voor de mens.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 9 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 10 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 11 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.