22 maart

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Aan het einde van dit blok, kan ik:

- Een korte tekst lezen in het Duits.

- Mezelf voorstellen in het Duits.

- Persoonlijke voornaamwoorden benoemen.

- Sein 

Aantal toetsen:

-  grammatica, woordenschat Hst.3 + leesvaardigheid SO

- Repetitie grammatica en leesvaardigheid. 

Heute (vandaag)

- Im Unterricht 

*1e uur: Video anschauen. 

                Uitleg: Persoonlijke voornaamwoorden

                Maken: 3.11 ABCD (Uhrzeit) - 

                

*2e uur: Uitleg: onregelmatig werkwoord sein.

                            Maken: 4.1 ABC

Het persoonlijk voornaamwoord verwijst naar een persoon of een groep personen, zonder ze bij naam te noemen.

Wat is een persoonlijk voornaamwoord?

Voorbeelden in het Nederlands.

ik, je, jij, jou, u, hij, zij, ze, het, wij, we, jullie, zij (meervoud), 

Voorbeelden in het Nederlands.

1.  Ik ga vrijdag naar de speeltuin.

2. Reis jij graag met de trein?

3. Hij is aan de beurt.

4. Wij gaan naar de kinderboerderij.

IDEWIS = ezelbrug voor persoonlijke voornaamwoorden

I

D

E

W

I

S

ICH 

DU

ER/ES/SIE

WIR

iHR

Sie/sie 

ik

jij

hij/het/zij

wij

jullie

u/zij mv

Wat betekent: HIJ iN het Duits?

1. sie
2. wir
3. es
4. er

Wat betekent: WIJ iN het Duits?

1. Wir
2. ihr
3. sie
4. er

Wat betekent: U in het Duits?

1. sie
2. dich
3. Sie
4. mir

Wat betekent: JULLIE is het Duits?

1. wir
2. euch
3. ihr
4. dir

1. Ich ___müde.

2. Du ___hässlich.

3. Jan ___ nett.

4.Wo ___ du?

6.Ich ___krank.

7.Lisa__ gegen die Todesstrafe

1. zoek naar de persoon

2. vervoeg sein 

1. Ich bin

2. Du _bist__

3. Jan  ist___ 

4. bist___ du?

6.Ich _bin__

7.Lisa ist__ 

1. zoek naar de personen

2. vervoeg sein

1. Ich _bin__

2. Du _bist__

3. Jan _ist__

4. _bist__ du?

5.Ich bin___

7.Lisa ist__ 

1. Ich bin müde.

2. Du bist hässlich.

3. Jan ist nett.

4.Wo bist du?

6.Ich bin krank.

7.Lisa ist gegen die Todesstrafe

1. Ihr ____nett

2. wir ____normal

3. wir ____ sehr zufrieden.

4. sie (Sie)___ zu spät

5. Wie alt____ Sie?

6.Ihr ____ zu spät

Ihr seid nett.

wir sind normal.

wir sind sehr zufrieden

sie sind zu spät

Wie alt sind Sie?

Ihr seid zu spät

oefentoets (one drive - sectie Duits 2021/2022 - toetsen - klas 2: oefentoets_Tagesablauf und wohnen in den Bergen_hst 2 of 3)