5 havo maw 10/12

Aan het eind van deze les weet je:
Lesdoelen
Na deze les kun je de onwikkeling van de verhoudingen uitleggen op welke manier deze in Nederland zijn veranderd in de afgelopen eeuw.
1 / 26
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Aan het eind van deze les weet je:
Lesdoelen
Na deze les kun je de onwikkeling van de verhoudingen uitleggen op welke manier deze in Nederland zijn veranderd in de afgelopen eeuw.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Aan het eind van deze les weet je:
Na deze les ken je de volgende begrippen
  • veranderende arbeidscontracten
  • egalitair
  • globalisering/Europeanisering
  • informatisering
  • digitalisering
  • theorie van het pluralisme
  • machtselitetheorie
  • instrumentele visie
  • ontwikkelingsvisie
  • democratisering

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Eén van de huidige maatschappelijke discussiepunten op sociaal gebied is het basisinkomen, maar wat is dat nou precies?
A
Een vast bedrag voor alle Nederlanders, ongeacht het inkomen, zonder voorwaarden
B
Een bedrag dat Nederlanders krijgen als ze onder een bepaald minimum inkomen zitten
C
Een bedrag dat mensen krijgen in plaats van toeslagen (zoals huurtoeslag en zorgtoeslag)
D
Een bedrag dat het huidige minimumloon gaat vervangen

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

  • Nederland is een verzorgingsstaat
  • Kinderwetje van Van Houten 
  • Sociale wetgeving (zoals):
      - armenwet
      - woningwet
      - ziekewet
      - Algemene Ouderdoms Wet (AOW)
  Ontwikkelingen verhoudingen

Slide 4 - Slide

Klik op de kaart om hem te vergroten

Deze kaart laat het verschil ten opzichte van het gemiddelde inkomen in Nederland zien

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Waarom zouden deze "senioren" tegen het basisinkomen zijn, maar voor de AOW?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Veranderende arbeidscontracten
  • steeds minder vaste contracten
  • steeds meer flexwerkers (zonder vast contract)
  • steeds meer ZZP'ers (zelfstandigen zonder personeel)
  • voordelen vastcontract: zekerheid op vast inkomen (hebben flexwerkers en ZZP'ers niet)
  • Nederland is een egalitair land: de inkomens verschillen niet heel veel
  Ontwikkelingen verhoudingen

Slide 7 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Deze kaart geeft de inkomensongelijkheid in de wereld weer. Een land dat "nul" scoort heeft geen inkomensongelijkheid.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Specifieke groepen en de ontwikkelingen
  • studenten: hoger onderwijs is voor veel meer jongeren uit lagere sociale milieus  weggelegd. 
  • ouderen: door de vergrijzingen zijn er meer ouderen. ZIj hebben vaak redelijke inkomens, goede opleidingen en politieke macht.
  • mensen met een migratieachtergrond: steeds vaker hoger opgeleid, betere banen en daardoor meer integratie.
  Ontwikkelingen verhoudingen

Slide 9 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Vrouwen en mannen
  • tot de jaren 50 waren zij "handelingsonbekwaam" en voor de wet niet gelijk aan mannen. 
  • tegenwoordig is de sociale ongelijkheid een stuk minder, maar nog niet helemaal gelijk.
  • "glazen plafond" vrouwen mogen wel kjken naar topfuncties, maar deze functies niet bekleden.

  Ontwikkelingen verhoudingen

Slide 10 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


1

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Wat zou minister Bussemaker bedacht hebben?

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Europeanisering
In Europa zijn steeds meer actoren met elkaar verbonden. Zo zijn er steeds minder beperkingen op gebied van

  • geld (dezelfde munteenheid)
  • vervoer van producten (geen grenzen)
  • uitwisseling van informatie 
  •  vrij reizen van personen tussen de landen van de EU

  Ontwikkelingen verhoudingen in de 21e eeuw

Slide 13 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Globalisering
  • vroeger hadden de westerse landen een voorsprong op gebied van: kennis, transport en productiviteit.
  • nadeel was: hoge loonkosten
  • "lage lonen landen" hebben deze voorsprong bijgehaald.
  • vooral laag geschoold werk: gevolgen voor de onderste laag in de westerse landen.
  • "rijk trekt armoede aan" migratie van mensen uit landen met lagere welvaartsstandaard.

  Ontwikkelingen verhoudingen in de 21e eeuw

Slide 14 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Informatisering en digitalisering
  • op digitaal vlak ontstaat er een digitale kloof: veelal ouderen en lager opgeleiden.
  • dit heeft gevolgen voor de plaats op de maatschappelijke ladder.
  • een professioneel netwerk bijhouden gaat tegenwoordig vaak online, denk daarbij aan bijvoorbeeld LinkedIn. 
  Ontwikkelingen verhoudingen in de 21e eeuw

Slide 15 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten



Bekijk in je Opdrachtenboek opdracht 24 (bladzijde 88)
Lees de tekst over "Wie zit er wel en wie niet op internet?" en maak vraag 1 en 3.
Vul je antwoorden hier in. 

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Slide 17 - Video

This item has no instructions

Stijging van het opleidingsniveau

  Ontwikkelingen verhoudingen in de 21e eeuw

Slide 18 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Ontwikkeling naar een postindustriële samenleving
Steeds minder mensen werken in de industriële sector en steeds meer mensen werken in de dienstensector

  Ontwikkelingen verhoudingen in de 21e eeuw

Slide 19 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Verandering van gesloten naar open samenleving ook op politiek gebied: politiek werd toegankelijker: democratisering
  • belangrijk jaartal: 1848 --> grondwetswijziging
  • voor 1848: koning vrijwel alle macht, 
  • na 1848 lag de macht bij het parlement.
  • rechtstreekse verkiezingen, alleen mannen die een bepaalde som aan belasting betaalden: censuskiesrecht.
  • 1917: na politieke strijd kregen alle mannen kiesrecht
  • 1919: ook kiesrecht voor vrouwen: algemeen kiesrecht
  Ontwikkelingen politieke verhoudingen

Slide 20 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Theoriën over de verdeling van de macht:
  1. theorie van het pluralisme: verdeling van macht over verschillende groepen, zoals vakbonden en politieke partijen. Elk van die partijen kan bij volksvertegenwoordiging aandacht vragen voor hun belang.
  2. machtselitetheorie: de macht ligt bij een klein aantal actoren en deze zitten op sleutelposities. Dit kunnen bijvoorbeeld voorzitters van een vakbond zijn en voorzitter college van bestuur van een bedrijf. Een kleine elite heeft zo de macht.
  Ontwikkelingen politieke verhoudingen

Slide 21 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Over de wenselijkheid van het participeren van mensen in de politiek zijn er twee visies:
  1. instrumentele visie: burgers stemmen op volksvertegenwoordigers, maar politici beslissen: zij hebben immers verstand van zaken.;
  2. ontwikkelingsvisie: participatie is een doel. Burgers die politiek actief zijn ontwikkelen, leren ervan en het politieke zelfvertrouwen groeit. Hoe meer mensen meedoen, hoe meer democratisch.
  Ontwikkelingen politieke verhoudingen

Slide 22 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Van welke visie is historicus Maarten van Rossem aanhanger (op basis van deze opmerking?)
A
instrumentele visie
B
ontwikkelingsvisie
C
geen één: hij is tegen democratie

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Tot slot:
  • de sociale- en politieke verhoudingen in Nederland zijn veranderd
  • de sociale ongelijkheid is (over het algemeen) afgenomen
  • in de politiek is er sprake (geweest) van steeds meer democratisering.

Maar verhoudingen kunnen weer veranderen, bijvoorbeeld als migranten naar Nederland komen. 
  Ontwikkelingen politieke verhoudingen

Slide 24 - Slide

Klik op de afbeelding om hem te vergroten


Aan het eind van deze les weet je:
Lesdoelen
Na deze les kun je de onwikkeling van de verhoudingen uitleggen op welke manier deze in Nederland zijn veranderd in de afgelopen eeuw.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Aan het eind van deze les weet je:
Na deze les ken je de volgende begrippen
  • veranderende arbeidscontracten
  • egalitair
  • globalisering/ europeanisering
  • informatisering
  • digitalisering
  • theorie van het pluralisme
  • machtselitetheorie
  • instrumentele visie
  • ontwikkelingsvisie
  • democratisering

Slide 26 - Slide

This item has no instructions