hfdst 6 les1

geluidsbronnen
Geluid komt van een geluidsbron vandaan. 

Geluiden die van de natuur komen noemen we natuurlijke geluidsbronnen.
Geluiden die bij mensen vandaan komen noemen we kunstmatige geluidsbronnen
1 / 50
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmboLeerjaar 4

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

geluidsbronnen
Geluid komt van een geluidsbron vandaan. 

Geluiden die van de natuur komen noemen we natuurlijke geluidsbronnen.
Geluiden die bij mensen vandaan komen noemen we kunstmatige geluidsbronnen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Geluidsbron
1

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat is een geluidsbron?
A
een voorwerp dat geluid maakt
B
een voorwerp dat geluid ontvangt
C
een voorwerp dat geluid doorgeeft
D
een voorwerp dat geluid maakt, doorgeeft en ontvangt

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

een geluidsbron ontstaat door trilling
A
waar
B
niet waar
C
soms

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Dit is een natuurlijke geluidsbron
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

wat is de geluidssnelheid in lucht?
A
1510 m/s
B
965 m/s
C
5950 m/s
D
343 m/s

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Koppel de woorden die bij elkaar passen.
Mens
Luidspreker
Lucht
Microfoon
Water
Geluidsbron
Geluidsbron
Tussenstof
Tussenstof
Ontvanger
Ontvanger

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Een boormachine is een geluidsbron.
A
niet waar
B
waar

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Dit is een natuurlijke geluidsbron
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Geluidssnelheid
1

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

De geluidssnelheid

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

In 1827 bepaalden de natuurkundigen Colladon en Sturm op het meer van Genève de snelheid van geluid in water. Ze gebruikten een bel en een buis. Met de bel konden ze onder water geluid maken en met de buis konden ze onder water naar het geluid luisteren.
Tegelijk met de tik op de bel werd er een lichtflits gegeven (zie figuur 10). Ze maten dat het geluid van de bel er 9,3 s over deed om een afstand van 13,4 km onder water af te leggen. Bereken welke waarde ze voor de geluidssnelheid in water vonden.
A
124,62
B
1.44
C
1441
D
124620

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Geluid horen

Wat gebeurt er met je trommelvlies als de luchtdruk verandert?

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Toonhoogte verhogen/verlagen
Er zijn drie manieren waarop je de toonhoogte van een snaar kunt verhogen:
De snaar strakker spannen.
De snaar korter maken.
De snaar dunner maken.

Er zijn drie manieren waarop je de toonhoogte van een snaar kunt verlagen:
De snaar losser spannen.
De snaar langer maken.
De snaar dikker maken.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Hoe verander je de toonhoogte?
Hoge toon
Lage toon
Snaarinstrument
Dunne snaar
Korte snaar
Strakke snaar
Dikke snaar
Lange snaar
Losse snaar

Blaasinstrument
Korte luchtkolom
Vingergaten open
Lange luchtkolom
Vingergaten dicht
Slaginstrument
Strakgespannen vel
Korte staaf
Dunne staaf
Losgespannen vel
Lange staaf
Dikke staaf

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Lage frequentie
Hoge frequentie

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat is frequentie?
Frequentie = Het aantal trilling in één seconde 

De eenheid is Hertz (Hz)

Hoe hoger de frequentie, hoe hoger de toon klinkt.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Je kunt uitleggen wat de frequentie van een trilling is
Frequentie
Je kunt uitleggen wat de frequentie van een trilling is
  • De frequentie is het aantal trillingen per seconde
  • Frequentie wordt gemeten in de eenheid Hertz (Hz)




  • Bij een frequentie van 100 Hz, bewegen de benen van een stemvork dus 100 keer per seconden heen en weer;
  •  Hoe hoger de frequentie -> hoe hoger de toon




Herhaling

Slide 18 - Slide

Demo 7
Doel: demonstreren hoe geluidstrillingen onderzocht kunnen worden met behulp van een oscilloscoop.
Nodig: oscilloscoop, toongenerator, luidspreker, microfoon, stemvork op klankkast, hamertje, (diverse muziekinstrumenten).
Uitvoering:
– Sluit de toongenerator aan op de oscilloscoop. Stel de toongenerator in op 1 Hz. Stel de tijdbasis van de oscilloscoop in op 0,5 s/div. Op het scherm is dan duidelijk een trillend punt te zien.
– Leg uit dat de uitwijking van het punt bepaald wordt door de grootte van de spanning die de toongenerator levert. Doordat de spanning steeds verandert, beweegt het punt steeds op en neer.
Wat is frequentie
A
Aantal trillingen per seconde
B
Totale tijd van een trilling
C
Tijd van trilling

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Een geluidstrilling heeft een bepaalde frequentie.
Welke eenheid gebruik je voor de frequentie?
A
dB
B
Hz
C
mm
D
m/s

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

1
2
3
Frequentiebereik dieren 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

1
2
3
Frequentiebereik mens 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Ultrasoon en infrasoon geluid
  • Geluid met een frequentie groter dan 20 000 Hz wordt ultrasoon genoemd;
  • Geluid met een frequentie kleiner dan 20 Hz wordt infrasoon genoemd;




Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Echoscopie wordt veel door artsen gebruik, bijvoorbeeld bij de zwangerschap. Het ultrasone geluid wordt teruggekaatst door het lichaam van de baby en dit wordt op een beeld geplaatst.
H8.3 Geluid onderweg

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

                              oscilloscoop

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

De oscilloscoop
Op het scherm van de oscilloscoop zijn golven zichtbaar die iets zeggen over de toonhoogte en de hardheid van het geluid.
Een ander woord voor toonhoogte is: frequentie

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Oscilloscoop
Hiermee kun je de frequentie berekenen. (Hertz = Hz). Dus hoeveel trillingen in een seconde. 
Hiermee kun je de trillingstijd berekenen. Hoe lang een trilling duurt. (Seconden = s)


Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Geluidssterkte
Geluidsdrempel:
De geluidssterkte waarbij een mens een geluid begint te horen.

Geluidssterkte geeft aan hoe hard geluid is.
Geluidssterkte meet je in decibel. Dit schrijf je als dB.



Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Decibel meter
Het volume van geluid drukken we uit in ''Decibel"
10 decibel is heel zacht

100 decibel is heel hard
Hiernaast enkele 
praktijk voorbeelden

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

De decibelschaal
De sterkte van geluid kun je meten in decibel. Dit kort je af als dB. Het apparaat waarmee je de geluidssterkte meet, wordt een decibelmeter genoemd. De geluidssterkte wordt meestal aangegeven in decibel(A). Dit kort je af als dB(A). De (A) geeft aan dat er bij de meting rekening is gehouden met het menselijke gehoor.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Geluidssterkte
Geluidssterkte wordt gemeten met een decibelmeter.

Geluidssterkte wordt ook wel aangegeven met Amplitude.

grootheid: geluidssterkte 
eenheid: Decibel (dB)

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

1
2
Geluidssterkte (decibel - dB)

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Pijngrens en gehoordrempel

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

De gehoordrempel is hoe hard het 
geluid minimaal moet zijn voor je het 
kan horen.
H8.4 Geluid registreren

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Gehoorschade
                                                                                                                                                                                                                                                                                       tot en met 80 dB is het geluid nog veilig voor je oren                             90 dB tot 110 dB  kan gehoorbeschadiging veroorzaken
140 dB doet pijn aan je oren !!

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

gehoorbescherming:
oordopjes of gehoorbeschermer

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Je kunt uitleggen hoe een audiogram gemaakt wordt
Audiogrammen
  • Een grafiek waarop je kunt zien hoe jou gehoor functioneert, vergeleken met een normaal gehoor. 
  • De groene lijn is een perfect normaal gehoor
  • De rode lijn is van iemand die afwijkingen toont tot 50 dB
Bij de test krijg je een toon te horen via een koptelefoon, bijvoorbeeld van 250 Hz. Eerst is die toon onhoorbaar zacht, maar daarna wordt hij steeds luider. Op het moment dat je de toon kunt horen, geef je een teken aan de audioloog. Zo wordt je gehoordrempel voor een toon van 250 Hz bepaald (de geluidssterkte waarbij je die toon net kunt horen). Daarna gebeurt hetzelfde voor een aantal andere frequenties.

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Geluid absorberen
Zacht en onregelmatig materiaal neemt geluid goed op.

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Echo
Geluid dat teruggekaatst wordt noem je een echo
Noem enkele voorbeelden van een echo?
?

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Bereken de tijd
  • een echoput is 56 m diep. Hoe lang duurt het totdat je de echo hoort?
  • geluidssnelheid is 343 m/s
  • t = s / v
  • bij echo moet geluid de afstand 2 keer afleggen = 112 meter
  • 112 / 343 = 0,327 s

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Echo en Sonar
Echo = Geluid dat wordt teruggekaatst.
Sonar = Zien met behulp van hele hoge geluidssignalen

Sonar:
Echo = Geluid dat wordt teruggekaatst.
Sonar = Zien met behulp van hele hoge geluidssignalen

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

1
Echo

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

1. boot zend geluid uit.
2. Geluid kaatst op alle voorwerpen
3. echo
4. Dat systeem heet: SONAR

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

In elke luidspreker zitten:
  • een magneet
  • een spoel
  • een conus
H8.2 Luidspreker

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Luidspreker
Onderdelen:
  • Spoel
  • Permanente magneet
  • Conus

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

microfoon en luidsprekers

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Dynamische microfoon

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Geluidsoverlast

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Maatregelen tegen geluidshinder

Slide 50 - Slide

This item has no instructions