Les 1, 3.5, rekenvolgorde

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

- Weet je waarom het belangrijk is om de rekenvolgorde te volgen.  

- Ken je de rekenvolgorde

- Kun je uitwerkingen opschrijven waarbij de rekenvolgorde zichtbaar wordt. 

Wat gaan we doen?

- Herhaling van 3.4 met behulp van quizvragen via Lesson Up

- Rekenvolgorde 3.5 uitleg

- Aan de slag met de opgaven van 3.5

Wiskundeles van maandag: uitleg 3.5 

Wiskundeles van donderdag: terugblik 3.3 + uitleg 3.6 grafieken tekenen

(Be Strong) wiskundeles van vrijdag: terugblik weektaak + aan de slag

−20:4=

1. 5
2. 4
3. -5
4. -80

−5⋅3⋅−2=

1. 30
2. -30
3. 21
4. -21

−5⋅0⋅−2=

1. -10
2. 10
3. -0
4. 0

​4​​1​​⋅2⋅−4=

1. 2
2. -2
3. -3,5
4. 3,5

2+2⋅2=

1. 4
2. 8
3. 6
4. 2

(2 + 4) x 2 =

1. 10
2. 8
3. 6
4. 12

Het stappenplan: 

Rekenvolgorde:

• Bereken wat tussen de haakjes staat ()


• Vermenigvuldig (keer) en delen x en :
• Optellen en aftrekken + en - 
  

Het stappenplan: 

Rekenvolgorde:

• Bereken wat tussen de haakjes staat ()


• Vermenigvuldig (keer) en delen x en :
• Optellen en aftrekken + en - 
  

Voorbeeld:

(25−9)+3⋅−6=

In stapjes schrijven

Schrijf de uitwerkingen onder elkaar

16:2⋅−3+4=

16:2⋅−3+4=

16:2⋅−3+4=

16:2⋅−3+4=

16:2⋅−4+4=

1. 2
2. -28
3. 28
4. 6

Het stappenplan: 

Rekenvolgorde:

• Bereken wat tussen de haakjes staat ()


• Vermenigvuldig (keer) en delen x en :
• Optellen en aftrekken + en - 
  

16:2⋅−4+4=

Voorbeeld:

van links

 naar rechts

Maak een foto van je uitwerking van

16:2⋅−4+4=

16:2⋅−4+4=

Maak een foto van je uitwerking van

16:2⋅−4+4=

16:(2⋅−4)+4=

Antwoord=2

Het verschil

16:2⋅−4+4=

Voorbeeld A:

16:(2⋅−4)+4=

Voorbeeld B:

Aan de slag