MH2 - 10 december 2019 - zinsdelen/woordsoorten - lastige onderwerpen/telwoorden

Stillezen
timer
10:00
Huiswerk opdracht Woordenschat H3 Opdr. 1 t/m 4 en 7
openleggen. 
Ik kom het controleren.
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Stillezen
timer
10:00
Huiswerk opdracht Woordenschat H3 Opdr. 1 t/m 4 en 7
openleggen. 
Ik kom het controleren.

Slide 1 - Slide

@jip_gewoon

Slide 2 - Slide

Planning
Hoofdstuk 3 Grammatica zinsdelen:
Lastige onderwerpen

Maken: opdr. 5, 7 en 8 (blz. 109 en 110)

Klaar? M: opdr. 2 en 3 (blz. 109)

Leerdoelen voor vandaag:

- Ik kan lastige onderwerpen in een tekst vinden.

- Ik kan bepalen welk zinsdeel 'wie' en 'wat' zijn.
timer
15:00

Slide 3 - Slide

Leerdoelen van vandaag
- Ik kan lastige onderwerpen in een tekst vinden.

- Ik kan bepalen welk zinsdeel 'wie' en 'wat' zijn.
Maken: opdr. 5, 7 en 8 (blz. 109 en 110)
Klaar? M: opdr. 2 en 3 (blz. 109)
Klaar? - nakijkblad ophalen en nakijken
timer
4:00

Slide 4 - Slide

Stillezen
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Planning
Hoofdstuk 3 Grammatica woordsoorten:
telwoorden 

Maken: opdr. 5, 7 en 8 (blz. 109 en 110)

Klaar? M: opdr. 1 t/m 4 (blz. 111 en 112)

Leerdoelen voor vandaag:

- Ik kan de verschillende telwoorden herkennen.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Hoofd- en rangtelwoorden

hoofdtelwoorden (htw):

geven een hoeveelheid aan

1, één, 8, acht, 35, vijfendertig, 1000, duizend

rangtelwoorden (rtw):

geven een volgorde aan

eerste, 1e, tweede, 2e, 120e, honderdtwintigste 

Slide 9 - Slide

Bepaald en onbepaald telwoord

bepaald telwoord (btw)

het aantal is bekend

vijf, 5, vijftig, 50


onbepaald telwoord (otw)

het aantal is niet bekend
veel, weinig, enkele

Slide 10 - Slide

Bepaald hoofdtelwoord


Noemt een bekend aantal of bekende hoeveelheid.


Voorbeeld

Zeven boeken, zesendertig koeien, drie vijfde van de klas.

Slide 11 - Slide

Onbepaald hoofdtelwoord


Noemt een onbekend aantal of onbekende hoeveelheid.

Voorbeeld

Veel boeken, weinig koeien, enkele leerlingen.


Slide 12 - Slide

Bepaald rangtelwoord


Geeft een bekende plaats in een rij aan.


Voorbeeld

Zevende, zesendertigste

Slide 13 - Slide

Onbepaald rangtelwoord


Geeft een onbekende plaats in een rij aan.

Voorbeeld

Middelste, zoveelste, laatste, hoeveelste. 

Slide 14 - Slide

Nog even op een rijtje

Slide 15 - Slide

4
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 16 - Quiz

veel
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 17 - Quiz

vijfde
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 18 - Quiz

zoveelste
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 19 - Quiz

sommige
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 20 - Quiz

Veel leerlingen hebben voor die toets een voldoende gehaald.
Welk woord is 'veel'?
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 21 - Quiz

Alle leerlingen van de Dean Academy in Engeland kregen plotseling vrij.
Welk woord is "alle"
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 22 - Quiz

Het 6e lesuur zijn wij vrij.

wat is 6e?
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 23 - Quiz

Hoe noem je
"tweede - tachtigste - honderdste"?
A
bepaald hoofdtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald rangtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 24 - Quiz

Twee derde van mijn klas haalde voor die toets een cijfer hoger dan een voldoende.
A
Twee derde = bepaald hoofdtelwoord
B
Twee derde = bepaald rangtelwoord

Slide 25 - Quiz

Wat vind je van de telwoorden nog lastig?

Slide 26 - Open question

Leerdoelen van vandaag
- Ik kan de verschillende soorten telwoorden herkennen.


Oefenen met: opdr. 1 t/m 4 (blz. 111 en 112)

Slide 27 - Slide

Huiswerk maken
Huiswerk voor morgen: Opdracht 5, 7 en 8 (bladzijde 109 en 110)

Slide 28 - Slide