De WIC (West-Indische Compagnie) kreeg vanwege de Opstand kaperbrieven van de Staten-Generaal, die hen het recht gaven om Spaanse en Portugese schepen vol goud, zilver, koffie en suiker uit Amerika te kapen.
Op het eiland Manhattan (nu New York) bouwden ze in 1621 een handelsfactorij voor de handel in beverbont en tabak met de indianen.