H3.2 - Lineaire grafiek bij formule

Lineaire grafiek bij formule
1 / 50
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 50 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lineaire grafiek bij formule

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Aan het einde van deze les kan ik een letterformule maken van een woordformule en kan ik de grafiek ervan snel tekenen. Daarnaast weet ik wat variabelen zijn en herken ik de richtingscoefficient.

Slide 2 - Slide

 Woordformule: 
Inkomsten in € = 3 + 5 x tijd in uren

Slide 3 - Slide

 Woordformule: 
Inkomsten in € = 3 + 5 x tijd in uren

Zonder woorden kan je de formule sneller schrijven
 Letterformule: 
I = 3 + 5t

Slide 4 - Slide

 Letterformule: 
I = 3 + 5t

I = inkomsten in € 
t = tijd in uren  

Slide 5 - Slide

I en t noemen we dan variabelen
 Letterformule: 
I = 3 + 5t

I = inkomsten in € 
t = tijd in uren  

Slide 6 - Slide

K = 25 + 130t
Wat zijn hier de variabelen?

Slide 7 - Slide

K = 25 + 130t
Wat zijn hier de variabelen?
K en t

Slide 8 - Slide

 I = 3 + 5t


Wat zijn hier de variabelen?
I = inkomsten
t = tijd
5
3

Slide 9 - Slide

 I = 3 + 5t


variabele
I = inkomsten
variabele
t = tijd
5
3

Slide 10 - Slide

 I = 3 + 5t


variabele
I = inkomsten
variabele
t = tijd
5
3
begingetal

Slide 11 - Slide

 I = 3 + 5t


variabele
I = inkomsten
variabele
t = tijd
5
3
stijggetal
begingetal

Slide 12 - Slide

 I = 3 + 5t


variabele
I = inkomsten
variabele
t = tijd
5
3
stijggetal
begingetal
richtings-
coëfficiënt

Slide 13 - Slide

 I = 3 + 5t


variabele
I = inkomsten
variabele
t = tijd
5
3
stijggetal
begingetal
richtings-
coëfficiënt
r.c.

Slide 14 - Slide

 K = 6 - 2t


Is de richtingscoëfficient 2 of -2?

Slide 15 - Slide

 K = 6 - 2t


Is de richtingscoëfficiënt 2 of -2?
r.c. = -2
Dus neem de min mee!

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

 grafiek tekenen als je een formule hebt
(zonder werkboek)

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

horizontale as

Slide 21 - Slide

horizontale as

Slide 22 - Slide

horizontale as
verticale as

Slide 23 - Slide

Hoe lang moet de horizontale as zijn?

Slide 24 - Slide

200
horizontale as

Slide 25 - Slide

200
horizontale as
0

Slide 26 - Slide

200
horizontale as
0
0, 25, 50, 75 enz      (stapjes van 25)

Slide 27 - Slide

200
horizontale as
0
0, 25, 50, 75 enz      (stapjes van 25)
0, 50, 100    enz      (stapjes van 50)

Slide 28 - Slide

horizontale as
verticale as
Hoe lang moet de 
verticale as zijn?
200

Slide 29 - Slide

horizontale as
verticale as
Hoe lang moet de 
verticale as zijn?
200

Slide 30 - Slide

200
K = 12,50 + 0,025 x 200

Slide 31 - Slide

200
K = 12,50 + 0,025 x 200
K = 12,50 + 5

Slide 32 - Slide

200
K = 12,50 + 0,025 x 200
K = 12,50 + 5
K = 17,50

Slide 33 - Slide

200
K = 12,50 + 0,025 x 200
K = 12,50 + 5
K = 17,50
Dus verticale as iets meer: 18

Slide 34 - Slide

horizontale as
verticale as
200
18

Slide 35 - Slide

Nu punten in het assenstelsel om de grafiek te kunnen tekenen


Slide 36 - Slide

Kies de laagste t -> t = 0


Slide 37 - Slide

Kies de laagste t -> t = 0


K = 12,50 + 0,025 x 0


Slide 38 - Slide

Kies de laagste t -> t = 0


K = 12,50 + 0,025 x 0
K = 12,50

Slide 39 - Slide

Kies de laagste t -> t = 0


K = 12,50 + 0,025 x 0
K = 12,50

(0 ; 12,50)

Slide 40 - Slide

Kies de hoogste t -> t = 200


Slide 41 - Slide

Kies de hoogste t -> t = 200


K = 12,50 + 0,025 x 200
K = 17,50

(200 ; 17,50)

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Scheurlijn

Slide 45 - Slide

Scheurlijn
anders heel stuk leeg in de grafiek

Slide 46 - Slide

Minimum

Slide 47 - Slide

Minimum
Laagste punt in de grafiek

Slide 48 - Slide

Huiswerk
Voor vrijdag

m. par. 3.2, oef. 12, 13, 19, 20, 21

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Video