CE 2023 HDT soorten vragen

CE 2023 HDT soorten vragen
we bekijken enkele vragen van het CE uit 2019
- de komende vragen gaan over hoe je antwoord eruit moet/zal zien
--> schrijf mee wat voor soort vragen de revue passeren
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

CE 2023 HDT soorten vragen
we bekijken enkele vragen van het CE uit 2019
- de komende vragen gaan over hoe je antwoord eruit moet/zal zien
--> schrijf mee wat voor soort vragen de revue passeren

Slide 1 - Slide

welke soort vragen verwacht je het vaakste te krijgen?
A
citeervragen
B
achtergrondkennis
C
over begrip van inhoud
D
grammaticale vragen

Slide 2 - Quiz

R.1 αἱ γνῶμαι - Herodotus laat ten aanzien van deze meningen zijn eigen opvatting blijken.
1p 14 Citeer uit de regels 3-7 (Ὡς t/m τάδε) het Griekse woord waarmee hij dat doet. - hoe ziet je antwoord er uit?

Slide 3 - Open question

Regel 1-2 οὐκ ἐώντων - 1p 15 Citeer uit de regels 1-7 (Τοῖσι t/m τάδε) het Griekse woord dat hiermee
een tegenstelling vormt. - op welke manier kan de vorm οὐκ ἐώντων je helpen het antwoord te vinden?

Slide 4 - Open question

2p 16 Beschrijf de twee redenen waarom de Spartanen de Atheners niet onmiddellijk te hulp kwamen. Baseer je antwoord op de teksten die je voor dit examen hebt gelezen. - Hoe formuleer je een antwoord op deze vraag?

Slide 5 - Open question

Regel 3-4 is vertaald met 'en de minder goede zienswijze het dreigde te winnen' - 1p 17 Noteer het grammaticale gegeven waarop de vertaling ‘dreigde’ is gebaseerd en citeer het Gr'se woord. - wat wordt bedoeld met grammaticaal gegeven?

Slide 6 - Open question

Regel 9 λιπέσθαι - 1p 18 Leg uit dat het gebruik van het medium de argumentatie van Miltiades ondersteunt. - welke twee bestanddelen moet je antwoord hebben?

Slide 7 - Open question

Want nu zijn de Atheners in een gevaar geraakt zo groot als zij in hun hele bestaan nooit gekend hebben. 
1p 19 Citeer uit de regels 10-11 (Νῦν t/m μέγιστον) het Griekse tekstelement dat in de vertaling is weergegeven met ‘in hun hele bestaan’.
In het voorafgaande (niet in dit examen afgedrukt) heeft Hdt verteld dat Hippias een droom had waardoor hij geloofde dat hij opnieuw aan de macht zou komen.
1p 20 Beschrijf deze droom. Baseer je antwoord op de teksten die je voor dit
 examen hebt gelezen. 

Slide 8 - Slide

1p 21 Beschrijf in eigen woorden het verschil in de manier van uitdrukken tussen de opmerking in regel 13 en de herhaling ervan in regel 22. Ga in je antwoord in op beide regels.
- hoe formuleer je je antwoord?

Slide 9 - Open question

Regel 17-18 Ἢν t/m μηδίσαι
Deze regels worden door H. van Dolen als volgt vertaald:
"..."
1p 22 Citeer het Griekse woord waarop de vertaling ‘vast’ is gebaseerd. 
Regel 17-20 Ἢν t/m συμβολῇ
Miltiades neemt aan dat de Atheners een veldslag tegen de Perzen kunnen winnen, mits er aan twee voorwaarden is voldaan.
2p 23 Noteer in eigen woorden deze twee voorwaarden. Baseer je antwoord op
de regels 17-20  

Slide 10 - Slide

In regels 21-24 worden drie verschillende soorten ww-vormen gebruikt om naar de toekomst te verwijzen. - 3p 24 Beschrijf deze ww-vormen en citeer uit deze regels bij elke beschrijving een bijbehorende vorm. - hoe beschrijf je een ww vorm?

Slide 11 - Open question

25 Beschrijf de twee argumenten die Miltiades in de regels 8-10 gebruikt. Beschrijf de argumenten die hij in de regels 13-14 gebruikt. Beschrijf het argument van degenen die het niet met Miltiades eens zijn. Baseer je antwoord op de regels 1-7 - hoeveel punten is deze vraag waard?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 12 - Quiz

Welke soort vragen is het vaakst voorgekomen bij deze 12 vragen?
A
grammatica
B
inhoud van de tekst zelf
C
vergelijken vertaling
D
citeervragen

Slide 13 - Quiz

Pauze
Pauze

Slide 14 - Slide