a. Jerobeam wilde niet dat Israël in Jeruzalem ging offeren. Dus maakte hij zelf twee offerplaatsen in zijn land. Daar kon zijn volk offeren. Om deze plaatsen nog aantrekkelijker te maken, zette hij twee stierkalveren neer.
b. Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: carrière, geld, lichaam, andere goden, drugs...
c. Eigen antwoord.