Quiz H1 tot H5 (Toets voorbereiding)

Quiz H1 tot H5 (Toets voorbereiding)
1 / 26
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Quiz H1 tot H5 (Toets voorbereiding)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions



Bilal woont nu 5 maanden in Nederland met
zijn ouders en zusjes en zit op een taalschool om Nederlands
te leren. Dit is een voorbeeld van ...
Bilal woont nu 5 maanden in Nederland met zijn ouders en zusjes. Hij zit op een taalschool om Nederlands te leren. Dit past bij...
A
... een pluriforme samenleving
B
... een multiculturele samenleving
C
... een pluriforme en multiculturele samenleving

Slide 2 - Quiz

Hij leert de taal omdat dat als belangrijke waarde wordt gezien in Nederland.

Als Ton zijn auto op vrijdag staat te wassen gaat zijn buurman
Mohammed naar de moskee. Als Mohammed op zondag zijn auto
staat te wassen gaat zijn buurman Ton naar de kerk. Dit past bij...
Als Ton zijn auto op vrijdag staat te wassen gaat zijn buurman Mohammed naar de moskee. Als Mohammed op zondag zijn auto staat te wassen gaat zijn buurman Ton naar de kerk. Dit past bij...
A
... een pluriforme samenleving
B
... een multiculturele samenleving
C
... een pluriforme en multiculturele samenleving

Slide 3 - Quiz

Beide mannen kunnen hun eigen geloof volgen. Het is onduidelijk of er een dominante cultuur is, maar zowel in een pluriforme als multiculturele samenleving is er ruimte voor deze verschillen in godsdienst.



Nederland is een...
Nederland is een...
A
... een pluriforme samenleving
B
... een multiculturele samenleving
C
... een pluriforme en multiculturele samenleving

Slide 4 - Quiz

Beide mannen kunnen hun eigen geloof volgen. Het is onduidelijk of er een dominante cultuur is, maar zowel in een pluriforme als multiculturele samenleving is er ruimte voor deze verschillen in godsdienst.
Artikel 1
Artikel 6
Artikel 7
Artikel 23
Zet de begrippen en afbeeldingen bij juiste grondwetsartikel. Je houdt begrippen over. 
Gelijkheid
Vrijheid van godsdienst
Vrijheid van meningsuiting
Bijzonder onderwijs
Kiesrecht
Vrijheid van vereniging
Privacy

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions


Ondanks dat de winkels in onze woonplaats open zijn,
ga ik op zondag niet shoppen omdat ik vind dat
dat een rustdag moet zijn voor iedereen.
Winkels zijn in onze woonplaats open op zondag, maar ik gan dan niet shoppen. Ik vind dat dat een rustdag moet zijn voor iedereen.
A
Woonplaats
B
Herkomst
C
Religie

Slide 6 - Quiz

Zie uitleg onder dia 17.



De taal die iemand spreekt is:
De taal die iemand spreekt is: 
A
Nature kenmerk
B
Nurture kenmerk

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Sancties
Positief
Negatief
Compliment
Herhaling
Straf
Boete
Herhaling voorkomen
Beloning

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions


Wanneer de docent jou strafwerk geeft is er sprake van:
Wanneer de docent jou strafwerk geeft is er sprake van:
A
Formele sanctie
B
Informele sanctie

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions




Nederlands spreken in het openbaar behoort
tot de dominante cultuur van Nederland.
Nederlands spreken in het openbaar behoort tot de dominante cultuur van Nederland.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Dit is een norm


Gamen is onderdeel van de dominante cultuur van Nederland.
Gamen is onderdeel van de dominante cultuur van Nederland.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Dit is niet waar. Gamen is namelijk onderdeel van een subcultuur
Klimaatactiviste Greta Thunberg
Getatoëerde man
Backpackers
Kerstdiner
Sleep de afbeelding naar de juiste soort cultuur.
Koningsdag
Dominante cultuur
Subcultuur
Tegencultuur

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions



Een ongelijke behandeling van mannen en vrouwen is een vorm van
Een ongelijke behandeling van mannen en vrouwen is een vorm van:
A
Discriminatie
B
Racisme

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions



zelBedenk een voorbeeld van discriminatie en een voorbeeld van racisme.
Bedenk zelf een voorbeeld van discriminatie en een voorbeeld van racisme. 

Slide 14 - Open question

Discriminatie: ongelijke behandeling op basis van seksuele voorkeur (homo, hetero, bi)

Racisme: zwarte pieten discussie, niet aannemen van zwarte mensen bij sollicitaties


Het lager onderwijs bestaat voor het grootste deel uit leerlingen met:
Het lager onderwijs bestaat voor het grootste deel uit leerlingen met:
A
Nederlandse achtergrond
B
Westerse migratie achtergrond
C
Niet-westerse migratieachtergrond

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions


Werkloosheid is het grootst onder mensen met:
Werkloosheid is het grootst onder mensen met:
A
Nederlandse achtergrond
B
Westerse migratie achtergrond
C
Niet-westerse migratieachtergrond

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions


Sociale ongelijkheid?
Jort (15): ‘Ik ben niet geselecteerd voor het talententeam in de regio.
Volgens de trainer ben ik niet lang genoeg. Zo word ik nooit profbasketballer.’
Sociale ongelijkheid? 
Jort (15): ‘Ik ben niet geselecteerd voor het talententeam in de regio. Volgens de trainer ben ik niet lang genoeg. Zo word ik nooit profbasketballer.’
A
Wel
B
Niet

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Sociale ongelijkheid?
Lotte (25): ‘Het bedrijf heeft de baan niet aan mij gegeven maar aan een man.
Waarschijnlijk omdat het bedrijf denkt dat ik snel moeder wil worden en met verlof ga.’
Sociale ongelijkheid? 
Lotte (25): ‘Het bedrijf heeft de baan niet aan mij gegeven maar aan een man. Waarschijnlijk omdat het bedrijf denkt dat ik snel moeder wil worden en met verlof ga.’
A
Wel
B
Niet

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions


Sociale ongelijkheid?
Alisa (27): ‘Ik heb mijn mbo-opleiding nooit afgemaakt.
Daardoor is het lastig voor mij om een baan te vinden.’
Sociale ongelijkheid? 
Alisa (27): ‘Ik heb mijn mbo-opleiding nooit afgemaakt. Daardoor is het lastig voor mij om een baan te vinden.’
A
Wel
B
Niet

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions




De overheid stelt opvang vóór schooltijd verplicht voor kinderen
met een taalachterstand.
De overheid stelt opvang vóór schooltijd verplicht voor kinderen met een taalachterstand.
A
Positietoewijzing
B
Positieverwerving

Slide 20 - Quiz

Invloed van buitenaf. 


Efekan heeft een migratieachtergrond en volgt 2 studies. Hij
heeft zo het gevoel dat hij een betere kans op een baan heeft
dan zijn zus, die dat niet doet.
Efekan heeft een migratieachtergrond en volgt 2 studies. Hij
heeft zo het gevoel dat hij een betere kans op een baan heeft dan zijn zus, die dat niet doet.
A
Positietoewijzing
B
Positieverwerving

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions



De overheid maakt een wet die discriminatie tegen moet gaan.
De overheid maakt een wet die discriminatie tegen moet gaan.
A
Positietoewijzing
B
Positieverwerving

Slide 22 - Quiz

Invloed van buitenaf. 
Kan iemand die naar Nederland vlucht vanwege hongersnood asiel aanvragen?
Kan iemand die naar Nederland vlucht vanwege hongersnood asiel aanvragen?
A
Ja, dat kan
B
Nee, kan niet

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Is het mogelijk om een verblijfsvergunning te krijgen?
Is het mogelijk om een verblijfsvergunning te krijgen?
A
Ja, dat kan
B
Nee, kan niet

Slide 24 - Quiz

Website IND: ' U hebt de nationaliteit van een lidstaat van de EU/EER of van Zwitserland. U hebt geen verblijfsvergunning nodig om in Nederland te wonen. Na 5 jaar verblijf in Nederland kunt u een verblijfsdocument duurzaam verblijf aanvragen. Klik op een van de knoppen om de aanvraag duurzaam verblijf te starten. ' 
Wat past bij integratie?
Wat past bij integratie?
A
Extra Nederlandse taallessen
B
Aparte scholen voor migranten
C
Onderwijs in eigen taal
D
In een ander land gaan wonen

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Integratie
Assimilatie
Segregatie
Inburgeringscursus
Zwarte en witte scholen
Andere taal overnemen
Aanpassen aan nieuwe cultuur
Opgaan in nieuwe cultuur
Eigen cultuur behouden

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions