Taalblokken bouwsteen 1 t/m 4 Actualiteit maart 2022

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Doelen

Je beheerst de theorie van bouwsteen 1 t/m 4 van Taalblokken. 

1. Tekstsoorten en tekstdoelen

2 Onderwerp en hoofdgedachte

3. Inleiding/kern/slot

4. Samenhang (signaalwoorden)

Het doel van campagne voeren is

1. helpen en winnen.
2. informeren en omkopen.
3. informeren en overtuigen.
4. amuseren en politiek vormgeven.

Wat is het doel van het filmpje?

1. Informeren
2. Amuseren
3. Overhalen
4. Instrueren

Wat is de hoofdgedachte van het filmpje?

1. Veel kiezers weten nog niet waarop ze gaan stemmen.
2. Politici doen van alles om kiezers voor zich te winnen.
3. Via het kind krijgen de ouders informatie mee.
4. Kiezers moeten meer kijken naar hun stad.

Het doel van het filmpje is overtuigen. Op welke manieren wordt dat geprobeerd?

Mogelijke antwoorden

- Sterke openingszin (Het is tijd voor een nieuw.......)

- Een vraag stellen (Ben jij het ook zat?)

-De luisteraar aanspreken (Je hoort het goed.)

- Doelgroep aanspreken door herkenbaarheid (armoede, leven in de grote stad, etnisch profileren, mbo)

Tonen van daadkracht ( Laten zien wat hij al bereikt  heeft en wat hij wil doen.)

En nog meer

- Krachtige taal gebruiken (strijden, samen, vernieuwen etc.)

-Muziek (Zou het filmpje anders overkomen zonder muziek?)

-Beelden van de stad. Trotse Hagenees. Hij houdt van de stad, dus hij zal het ook goed doen.

Beelden van zichzelf met zijn kinderen (?) Hij is een goede vader, dus betrouwbaar?

Wij zijn immers de internationale stad voor vrede en recht. Immers wordt gebruik om

1. een vergelijking te maken.
2. een reden aan te geven en heeft verband met de vorige zin.
3. om de tijd aan te geven.
4. om een opsomming te geven.

Geen ivoren torens, maar een trotse Haagse inwoner die naar verandering snakt. Maar gebruikt de spreker om

1. een verklaring te geven.
2. verband tussen doel en middel aan te geven.
3. een voorwaarde te scheppen.
4. een tegenstelling aan te geven.

De presentatrice introduceert het onderwerp van het filmpje door

1. door het vertellen van een anekdote.
2. door het stellen van een vraag.
3. het noemen van de aanleiding.
4. door het geven van een samenvatting.

Wat is de hoofdgedachte van het filmpje?

1. Nederland moet zelf meer graan verbouwen.
2. Alle bodemschatten worden waardevoller.
3. De voorraad bodemschatten raakt op.
4. Zorgen over de prijsstijgingen van de bodemschatten.

Welke deelonderwerpen vormen de kern van de gegeven informatie.

De presentatrice sluit het filmpje af met

1. een samenvatting.
2. stof tot nadenken.
3. een antwoord .
4. herhaling van de hoofdgedachte.